Klas 2KT4 - Lesweek 15 - Les 2 (M + W)

• Duits
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Achtung!

- Handys in deine Tasche.

- Auf deinem Tisch liegen:

dein Etui 

dein Projektbuch

- Je zit op je eigen plaats.

Project:

Telt 3 keer 

Deadline:

Montag

15. Januar

2024

Op tijd = bonuspunt

Achtung!

Was machst du heute?

- Hausaufgaben kontrollieren

- Lesen (zusammen)

- Interview üben

- Selbständig arbeiten 

Hausaufgaben kontrollieren

Zu erst

Start je laptop op.

Open een nieuw Wordbestand.

- Sla eerst je Wordbestand op.

- Naam -> je eigen naam - Projekt Muenster 

- Acitiveer "automatisch opslaan"

Dus: 

Sandra Nijhof - Projekt Muenster

Lesen 

Ӧffne dein Buch auf Seite 9 / Weihnachten in Deutschland.

• Leesstrategie
• Ich lese vor und du liest mit.
• Fragen beantworten.
• Selbständig die letzte Aufgabe machen.

Lesen / Strategie

Bevor du anfangst mit dem Lesen.

1. 

1.	Titel
2.	Afbeeldingen
3.	Tussenkopjes
4.	Soort tekst
5.	Wat moet je doen met de tekst
6.	Waar gaat het eigenlijk over?

Lesen

• Maak eerst de opdracht "Vor dem Lesen".
• Fertig? Lees de vragen.
• Ik lees voor, jullie lezen mee -> zijn er belangrijke woorden die je niet kent?
• Ik lees de tekst nog een keer. Jij beantwoordt de vragen.

• Ik vraag kris / kras naar de antwoorden (lukraak).

Interview üben

• Oefen samen het interview.
• Ik kom langs, stel mij een interviewvraag. Ik geef antwoord in het Duits.
• Ik verwacht dat iedereen meedoet.

Hausaufgaben

Seite 10 

-> Aufgabe nach dem Lesen

Volgende les

De smoezen top 5!

Hausaufgaben kontrollieren

Interview oefenen

Tips voor je bezoek aan Münster.

Rondleiding vertalen

Bis Morgen.

Wat betekent dat eigenlijk?

Project: telt 2 keer mee.

Stel.... je haalt een 3 voor een SO en een 8 voor dit project -> gemiddelde is: 6,3.

Stel..... je haalt een 8 voor een SO en een 3 voor dit project -> gemiddelde is: 4,6.

Smoezen top 5

1. Ik heb het gemaakt maar het ligt nog thuis.  

2. Heu??! Moest dat tegen vandaag?? Ik dacht pas volgende week> 

3. Ik was gisteren heel ziek, maar ik heb vandaag speciaal mijn best gedaan om naar school te komen 

4. Mijn zusje/ broertje was ziek en heeft erop overgegeven.

5. De hond heeft mijn boek opgegeten.