1 a kommer en kwel: hopeloze ellende
b van haver tot gort: door en door
c schots en scheef: rommelig
d pracht en praal: wat aan versiering, luxe en moois wordt getoond
e kant noch wal: onzin
f nooit ofte nimmer: op geen enkel tijdstip
g bont en blauw: vol blauwe en geel-blauwe vlekken