ww spelling ott

Spelling


persoonsvorm in de tegenwoordige tijd


1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 9 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling


persoonsvorm in de tegenwoordige tijd


Slide 1 - Tekstslide

pv tt
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Dat zijn werkwoorden in het 'nu'

Slide 2 - Tekstslide

pv tt
Werkwoorden in het 'nu'
Dus..
Ik fiets naar school
Jij fietst naar school

Slide 3 - Tekstslide

Hoe werkt de tegenwoordige tijd ook alweer?
Stam + ...

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Samen oefenen
Tegenwoordige tijd! *dus NU.. ( niet gisteren) 

( eten) De honden .................van mijn brood!
( worden) Jij....................mijn beste vriend
( worden) Ik.......................moe van je gezeur
(vinden) Hij .....................zijn zusje super stom



Slide 6 - Tekstslide

1. Zij .........van de taart (proeven) 
2. Hij .................mij 1 euro. (betalen)
3. Ik ..........niets.(betaal)
4. Hij.........elke dag iets nieuws (verzinnen)
5. Ik............hier zo moe van! (worden)
6. Ik............dat erg stom! (vinden)
7. Hij .................dat ook stom! (vinden)
8. Wij...............dat allemaal stom! (vinden)
9. De egel..............zich met wormen (voeden)
10. Deze film..................ik niets aan (vinden) 

Slide 7 - Tekstslide

Verder met het stencil
- Maak het stencil 
- Kijk na + verbeter

  - Heb je een vraag?


Helemaal klaar?  Chromebook, tekenen,  stil aan je tafel zitten

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link