Grootheid g (valversnelling) - m/s^2 (meter per seconde kwadraat)
g (op aarde) = 9,81 m/s^2
F=m⋅g
Slide 11 - Tekstslide
Een fietser heeft een massa van 70 kg. Ze versnelt met een versnelling van 5 m/s^2. Hoeveel kracht moet ze daarvoor leveren?
Slide 12 - Open vraag
Een bowlingbal van 600 gram valt naar beneden. Hoe groot is de zwaartekracht op deze bowlingbal?
Slide 13 - Open vraag
Een auto versnelt met 20 m/s^2. De motor moet hiervoor een kracht leveren van 25000 N. Hoe zwaar is de auto?
Slide 14 - Open vraag
Bij een experiment op de maan word steen met een massa van 50 kg van af een hoogte los gelaten. Op de steen werkt een kracht van 81 N. Hoe groot is de valversnelling op de maan?
Slide 15 - Open vraag
Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 2 tot 6 in het werkboek H8.
Hoe: Deeerste 4 minuten zelfstandigwerken.
Hulp: Steek je vinger op en de docent loopt langs.
Tijd: 8 minuten
Uitkomst: Je kunt rekenen met de formule F = m*a en het verband hiervan uitleggen.
Klaar: Bedenk alvast hoe je een kracht zou kunnen tekenen.
timer
8:00
Slide 16 - Tekstslide
Eerste wet van Newton
Een voorwerp waar geen kracht op werkt is of in rust (staat stil) of beweegt met een constante snelheid.
Fres=0
Slide 17 - Tekstslide
Derde wet van Newton
actie = reactie
Factie=−Freactie
Slide 18 - Tekstslide
Krachten tekenen
Regels bij het teken van krachten:
- Begin in het aangrijpingspunt.
- Teken in de juiste richting.
-Teken de grote van de pijl op schaal.
Slide 19 - Tekstslide
Krachten tekenen
Slide 20 - Tekstslide
Oefening
Een eenwieler heeft een massa van 12 kg. Teken de krachten die op de eenwieler werken.
Slide 21 - Tekstslide
Oefening
Een eenwieler heeft een massa van 12 kg. Hij versnelt met 8 m/s^2. Teken de krachten die op de eenwieler werken.
Slide 22 - Tekstslide
Oefening
Een eenwieler heeft een massa van 16 kg. Hij versnelt met 8 m/s^2 en ondervind een weerstandskracht van 50 N. Teken de krachten die op de eenwieler werken.
Slide 23 - Tekstslide
Oefening
Een eenwieler heeft een massa van 16 kg. Hij vertraagt met 5 m/s^2 en ondervind een weerstandskracht van 40 N. Teken de krachten die op de eenwieler werken.
Slide 24 - Tekstslide
Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 7 tot 13 in het werkboek H8.
Hoe: Deeerste 4 minuten zelfstandigwerken
Hulp: Steek je vinger op en de docent loopt langs.
Tijd: 8 min
Uitkomst: Je kunt krachten tekenen en uitleggen wat de pijlen betekenen.
Klaar: Bereken hoe groot de zwaartekracht is die de aarde levert op de maan.