In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Gelijkvormigheid
Hoofdstuk 3 paragraaf 3.1 en 3.2
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de factor bij een vergroting berekenen.
Je kunt aantonen of twee figuren een vergroting van elkaar zijn.
Je kunt de lengte van een zijde bij een vergroting berekenen.
Slide 2 - Tekstslide
Vergroting
Twee figuren zijn een vergroting als de hoeken even groot zijn en alle afmetingen met hetzelfde getal worden vermenigvuldigd. Ook wel dezelfde factor genoemd.
Slide 3 - Tekstslide
Vergroting
Als de factor groter dan 1 is, dan wordt de figuur groter.
Als de factor tussen de 0 en de 1 is , dan wordt de figuur kleiner.
maar ook dan spreken we van een vergroting.
factor=nieuw/oud
Slide 4 - Tekstslide
Vergroting
KLM is een vergroting van ABC. De factor die hierbij hoort is
2 : 4 = 0,5
ABC is een vergroting van KLM. De factor die hierbij hoort is
Slide 5 - Tekstslide
Vergroting
PQR is een vergroting van KLM. De factor die hierbij hoort is
6 : 2 = 3
KLM is een vergroting van PQR. De factor die hierbij hoort is
Slide 6 - Tekstslide
Wat is de factor die bij de rode pijl hoort te staan?
A
0,8
B
1,25
C
4
D
5
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de algemene formule om de factor te berekenen?
Slide 8 - Open vraag
Rechthoek B is een vergroting van rechthoek A. Bereken de factor.
Slide 9 - Open vraag
Vergroting?
Abel denkt dat rechthoek C een vergroting is van rechthoek B. Controleer dit met een berekening.
Slide 10 - Tekstslide
Ga na met een berekening of bord B een vergroting is van bord A
Slide 11 - Open vraag
Ga na met een berekening of bord C een vergroting is van bord A
Slide 12 - Open vraag
Aan de slag!
Maken van hoofdstuk 3 op blz 96 van Boek A
4, 5, 6 en 7
Slide 13 - Tekstslide
Ga met een berekening na of beeldscherm C een vergroting is van beeldscherm A.
Slide 14 - Open vraag
Rekenen met de factor
Slide 15 - Tekstslide
Rekenen met de factor
Slide 16 - Tekstslide
Wat is belangrijk om aan te denken bij het invullen van de tabel?