de tijden van het werkwoord 1

Herhaling de werkwoorden mei
Tot nu toe heb je één werkwoordstijd gehad:
- het praesens (ott, ik doe)

In deze les herhaal je twee nieuwe werkwoordstijden:
- het imperfectum (ovt, ik deed)
- het perfectum (vtt, ik heb gedaan)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling de werkwoorden mei
Tot nu toe heb je één werkwoordstijd gehad:
- het praesens (ott, ik doe)

In deze les herhaal je twee nieuwe werkwoordstijden:
- het imperfectum (ovt, ik deed)
- het perfectum (vtt, ik heb gedaan)

Slide 1 - Tekstslide

Praes en imperf: praesstam
perf: perfectumstam
De persoonsuitgangen in de verschillende tijden zijn de volgende:
Praesens
Imperfectum
Perfectum
ik
o
m
i
jij
s
s
isti
hij / zij
t
t
it
wij
mus
mus
imus
jullie
tis
tis 
istis
zij
nt
nt
erunt

Slide 2 - Tekstslide

ik
jij
hij / zij
wij
jullie
zij
vocaverunt
dormio
terrebatis
poteras
dixi
sunt
sustulistis
venimus
errat
ludunt
ducebam
reliquisti
clamas
invenis
adimus
timebat
fuit
amas

Slide 3 - Sleepvraag

Een perfectumvorm bestaat uit een perfectumstam en een perfectumuitgang.
De uitgangen heb je net gezien.

Hoe maak je een perfectumstam?
a/ i  stammen: praesensstam + v       voca + v 
                                                                           dormi + v
e / mk stammen: de stam is onregelmatig. Je moet ze leren als ze in de woordenlijst staan.
                                    terrere : terru
                                    dicere:  dix
Achter de perfectumstam moet je dan de perfectumuitgang plakken.

Slide 4 - Tekstslide

Een imperfectumvorm maak je met behulp van de praesensstam en de letters (e)ba.

a / e stammen: stam + ba       voca +ba 
                                                            terre + ba
mk / i stammen: stam + eba   duc + eba
                                                             audi + eba

Het imperfectum van esse en posse is onregelmatig. Je moet het apart leren.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de vertaling van

vocaverunt
A
zij roepen
B
jullie roepen
C
jullie riepen
D
zij hebben geroepen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de vertaling van

dixistis
A
jij hebt gezegd
B
jullie hebben gezegd
C
jij zei
D
jullie zeiden

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de vertaling van

audiebat
A
hij hoort
B
zij hebben gehoord
C
hij hoorde
D
zij hoorden

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de vertaling van

dormi
A
slaap!
B
ik slaap
C
ik sliep
D
ik heb geslapen

Slide 9 - Quizvraag

Maak het imperfectum van

intrat

Slide 10 - Open vraag

Maak het perfectum van

intrat

Slide 11 - Open vraag

Maak het imperfectum van

dicitis

Slide 12 - Open vraag

Maak het perfectum van

dicitis

Slide 13 - Open vraag