Spierweefsel

Wat is de belangrijkste eigenschap van spierweefsel?
A
Spiercellen zijn heel klein
B
Spiercellen zijn langwerpig
C
Spiercellen zijn eigenlijk spiervezels
D
Spiercellen kunnen korter en langer worden
1 / 11
volgende
Slide 1: Quizvraag
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat is de belangrijkste eigenschap van spierweefsel?
A
Spiercellen zijn heel klein
B
Spiercellen zijn langwerpig
C
Spiercellen zijn eigenlijk spiervezels
D
Spiercellen kunnen korter en langer worden

Slide 1 - Quizvraag

Wat zijn myofibrillen?

Slide 2 - Open vraag

Op het moment dat je iets schrijft beweegt je je vingers. Welk type spierweefsel is er dan actief?

Slide 3 - Open vraag

Gladde spieren staan onder invloed van het vegetatieve zenuwstelsel. Noem een voorbeeld en leg uit.

Slide 4 - Open vraag

Dwarsgestreept spierweefsel
Glad spierweefsel
Cellen zijn dwarsgestreept
Cellen zijn klein
Onder invloed van animale zenuwstelsel
Is snel vermoeid
Cellen zijn lang en heten dan vezels
Trekken langzaam samen

Slide 5 - Sleepvraag

Waar of niet waar?
Als je een tas optilt, is daarbij dwarsgestreept spierweefsel actief.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Skeletspieren bestaan uit glad spierweefsel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Waar of niet waar?
De kringspieren in de wand van het darmkanaal bestaan uit dwarsgestreept spierweefsel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Onwillekeurige spieren zijn opgebouwd uit glad spierweefsel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

In je wangen zitten spieren die niet aan het skelet vastzitten. Zijn dat gladde spieren of dwarsgestreepte spieren en waarom?

Slide 10 - Open vraag

Welke eigenschappen gelden voor hartspierweefsel?
A
Lijkt op glad spierweefsel
B
Is snel vermoeid
C
Trekt samen door het prikkel in het hart
D
Reageert traag

Slide 11 - Quizvraag