Bijeenkomst maatschappelijke participatie

Maatschappelijke participatie
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Maatschappelijke participatie

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud deze les
  • Terugblikken
  • Planning
  • Dulon online
  • Maatschappelijke participatie

Slide 2 - Tekstslide

Terugblikken!

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet jij nog van vorige keer?

Slide 4 - Open vraag

Vorige keer
  • Wat is rouw en verlies?
  • Kobler Ross?
  • Wat betekend rouw en verlies in de zorg?
  • Verlieskoffer?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Week 
Thema
1 = 13 mei
Rouw en verlies
3 = 23 mei
Verliessituatie en maatschappelijke participatie
4 = 30 mei
Motivatietechnieken
6 = 13 juni
Gebruik van sociale media en internet

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Maatschappelijke participatie

Slide 15 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld
met maatschappelijke
participatie?

Slide 16 - Woordweb

Maatschappelijke participatie
Maatschappelijke participatie: inwoners doen mee aan het maatschappelijke leven, als leerling, werknemer, ondernemer, vrijwilliger of mantelzorger.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is participeren
in de samenleving?

Slide 18 - Woordweb

Participeren in de samenleving
Samen op vakantie, samen cultuur beleven, samen sporten of gewoon samen de stad in om te shoppen of een terrasje te pakken (oftewel participeren in de maatschappij). Activiteiten in de vrije tijd ondernemen we vaak samen met anderen.

Slide 19 - Tekstslide

Wat heb je nodig
om te participeren?

Slide 20 - Woordweb

Wat heb je nodig om te participeren?
Een gebrek aan participatie, of zelfs uitsluiting, hangt vaak samen met een gebrek aan werk, inkomen en gezondheid. De mogelijkheden om te kunnen en willen participeren zijn verbonden met de sociale, economische, ruimtelijke en culturele omstandigheden van mensen.

Slide 21 - Tekstslide


Slide 22 - Open vraag

Sociaal netwerk

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Ecogram
Welke gegevens worden in een ecogram opgenomen?
Een ecogram laat het sociale netwerk van de cliënt zien. Deze gegevens verbind je met de cirkel in het midden van de ecogram: de cliënt. Bij zo'n verbinding laat een ecogram het soort relatie met de cliënt zien. Over het soort relatie vul je 4 vragen met letters in. 

Deze 4 letters staan voor:

(p)raktische steun
(g)ezelschap
(a)dvies en uitwisseling van informatie
(e)motionele steun

Slide 25 - Tekstslide

Een ecogram laat in één oogopslag de omvang en de kwaliteit van het informele, sociale netwerk van de cliënt zien. Het ecogram houdt daarbij rekening met de verschillende leefgebieden.

Slide 26 - Tekstslide



Naast familieleden kunnen ook andere betrokkenen in het netwerk van cliënten een rol spelen: medebewoners, vrienden, collega’s en andere buren bijvoorbeeld. Zij zorgen voor gezelligheid, maar kunnen ook een steentje bijdragen in de begeleiding of ondersteuning.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Vragen???

Slide 29 - Tekstslide

Familieparticipatie

Slide 30 - Tekstslide

Samen zorg bieden

Slide 31 - Tekstslide

Verschillende rollen
  • Voor familie is het een gedwongen samenwerking. Zij hebben er niet voor gekozen dat hun kind, zus of broer met een beperking ondersteuning nodig heeft. Ze moeten de zorg ‘gedwongen’ delen met anderen. Dat betekent ook dat ze moeten loslaten.
  • Voor het kind is het ook een gedwongen verhouding, waarin een loyaliteitsconflict kan ontstaan, zeker als begeleiders en familie niet adequaat samenwerken.
  • Als professional is het een gekozen verhouding: je werkt in de gehandicaptenzorg omdat je daarvoor kiest, waarschijnlijk vanuit een gevoel van betrokkenheid. Goede samenwerking vindt plaats vanuit een gezamenlijk doel: het welzijn en de kwaliteit van leven van de cliënt.

Slide 32 - Tekstslide




Het familielid dat het meeste doet, noemen we ook wel de spilmantelzorger. Hij is het aanspreekpunt voor jou als begeleider en steekt de meeste uren in de ondersteuning en zorg van zijn naaste. Als de zorg hem boven het hoofd groeit, kan het betrekken van andere familieleden helpen, zodat de zorg meer gedeeld wordt. We noemen dat familieparticipatie.

Slide 33 - Tekstslide



Naast familieleden kunnen ook andere betrokkenen in het netwerk van cliënten een rol spelen: medebewoners, vrienden, collega’s en andere buren bijvoorbeeld. Zij zorgen voor gezelligheid, maar kunnen ook een steentje bijdragen in de begeleiding of ondersteuning.

Slide 34 - Tekstslide

30 mei - Motivatietechnieken
Volgende keer

Slide 35 - Tekstslide