Vorige keer (mixen) we die drank met limoen, suiker en ijs.
A
mixden
B
mixde
C
mixte
D
mixten
Slide 24 - Quizvraag
Gisteren (verhuizen) ik naar mijn nieuwe woning.
A
verhuist
B
verhuisde
C
verhuizde
D
verhuiste
Slide 25 - Quizvraag
Maak nu:
werkboek blz. 206 - opdracht 6B
Klaar? Ga naar Studiemeter: oefenen hoofdletters.
Daarna bespreken antwoorden 6B.
timer
5:00
Slide 26 - Tekstslide
Studiemeter
Ga nu naar Studiemeter: Starttaal Compact Online.
Ga 15 min. aan de slag met: Extra oefenen 3F Werkwoordspelling: Persoonsvorm verleden tijd
Deeltoets met een voldoende behaald? Dan hand omhoog! = onderdeel 3 --> taaldossiertoets
ZELFSTANDIG EN STIL
timer
15:00
Slide 27 - Tekstslide
Wat voor aanhef zou je kunnen gebruiken bij een zakelijke brief?
Slide 28 - Open vraag
Wat voor afsluiting kun je gebruiken bij een zakelijke brief?
Slide 29 - Open vraag
Wat bedoelen we met een slotzin in een zakelijke brief?
Slide 30 - Open vraag
Is je leerdoel behaald? (Zie Post-it begin van van de les.)
A
Ja
B
Nee
Slide 31 - Quizvraag
Lesdoelen:
Je kunt uitleggen wat we bedoelen met taalregisters.
Je hebt meer inzicht in welke woorden bij een bepaald taalregister passen.
Je kunt een korte tekst schrijven met woorden uit een bepaald register.
Slide 32 - Tekstslide
Waarom is het nodig om van tevoren je schrijfdoel, doelgroep, taalgebruik en de voorkennis van je doelgroep vast te stellen?
Slide 33 - Open vraag
Taalgebruik
Hoe weet je nu welk taalgebruik je moet toepassen als je een brief schrijft?
Daarvoor gebruikt je brein verschillende taalregisters.
Wat zijn taalregisters?
Slide 34 - Tekstslide
Maak kennis met ...
Sil
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Oefening
Vorm tweetallen
Je krijgt een mapje.
Wat hoort bij buurman Van Regteren en wat bij buurman John? Sorteren maar!
Klaar? Verzin er zelf nog woorden bij!
timer
7:00
Slide 37 - Tekstslide
Bespreken oefening
Beeld gekregen?
Woorden verzonnen?
Gebruik je zelf ook verschillende taalregisters? Voorbeeld?
Slide 38 - Tekstslide
Opdracht
Werk nog steeds in hetzelfde tweetal samen.
De een schrijft een korte brief naar meneer Van Regteren, de ander een korte brief naar buurman John. Je wilt een feest geven en je vraagt om toestemming.
Gebruik een passend taalregister.
Lees elkaars brief door en deel je mening.
Na tien minuten vraag ik een aantal om hun brief voor te lezen.
timer
10:00
Slide 39 - Tekstslide
Waarom is het nodig om van tevoren je schrijfdoel, doelgroep, taalgebruik en de voorkennis van je doelgroep vast te stellen?
Slide 40 - Open vraag
Zelfstandig werken
Werkboek: blz. 236
Opdrachten: 1, 3 en 4
Slide 41 - Tekstslide
Reflectie op de les
Ga naar je e-mail en klik de link aan die je van mij hebt ontvangen.
Vul het formulier in.
Indien je klaar bent, mag je gaan.
Volgende week: sollicitatiebrief schrijven voor je taaldossier.