p1 week 2 - abstract-concreet

• Filosofie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Leerdoelen

Aan het einde van deze week...

3) kan ik vooronderstellingen blootleggen en er voorbeelden van geven.

4) kan ik een onderscheid maken tussen noodzakelijke en voldoende eigenschappen.

5) kan ik van concreet naar abstract gaan en andersom.

6) kan ik begrippen definiëren door gebruik te maken 4 en 5.

NB verwachting 'maak': schrijf op in je schrift.

3. Filosofisch gereedschap: noodzakelijke en voldoende eigenschappen

Noodzakelijke eigenschap:

Een eigenschap die onmisbaar is. Zonder die eigenschap zou iets niet kunnen zijn wat het is.

Voldoende eigenschap:

Een eigenschap of combinatie van eigenschappen, waardoor je zeker weet wat iets is. Het is typerend.

Wat is een Nederlander? 

Schrijf zoveel mogelijk eigenschappen op. Verdeel ze daarna in noodzakelijke en voldoende eigenschappen.

lln eerst zelf aan het werk

daarna naar het bord laten komen om kolommen (noodzakelijk/voldoende te laten invullen)

Wat is een mens?

Programma vandaag

1. Noodzakelijke en voldoende eigenschappen: Wat is een mens?

2. Filosofisch gereedschap:  abstract en concreet

3. Filosofische oefening

vooronderstellingen.

Wat zijn dit?

Abstract en concreet

Abstract = voorbij de concrete verschillen.

Concreet = een specifiek geval

Het abstracte wordt zichtbaar in het concrete.

Filosofie gaat over het abstracte, om algemene uitspraken te kunnen doen. Waarom..? Begeerte naar wijsheid. En zeker ook praktisch nut. Wat is waarheid? Wat is rechtvaardigheid? Wanneer weet je iets zeker?

Abstract en concreet

Opdracht: zet de volgende begrippen op een rij van concreet naar abstract:

leerling van het JdW - mens - wezen - scholier - leerling H4b

Programma vandaag

Filosofische oefening: zoeken naar een definitie

eerst samen, dan zelf

vooronderstellingen.

Wat is...

liefde, geluk, macht, vrijheid, wijsheid, rechtvaardigheid?

Controleer nu of je definities sterk is. Dat kun je doen door:

 

- Voorbeelden te zoeken die niet overeenkomen met de definitie. Als je die vindt, onderzoek dan hoe je je definitie kan aanpassen.

 

- te onderzoeken of je van algemeen naar specifiek gaat in je definitie. Komt het ‘abstractere begrip’ terug in je definitie? En wat zeg je daar specifieker over?

Wat is...

liefde, geluk, macht, vrijheid, wijsheid, rechtvaardigheid?

Leerdoelen

Aan het einde van deze week...

3) kan ik vooronderstellingen blootleggen en er voorbeelden van geven.

4) kan ik een onderscheid maken tussen noodzakelijke en voldoende eigenschappen.

5) kan ik van concreet naar abstract gaan en andersom.

6) kan ik begrippen definiëren door gebruik te maken 4 en 5.

NB verwachting 'maak': schrijf op in je schrift.

Huiswerk: 

Lees de filosofische tekst

Maak de dikgedrukte vragen

NB verwachting 'maak': schrijf op in je schrift.