Spreekwoorden over eten

Spreekwoorden over eten.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spreekwoorden over eten.

Slide 1 - Tekstslide

De kastanjes uit het vuur halen.

Slide 2 - Tekstslide

Een lastig klusje voor iemand doen.

Slide 3 - Tekstslide

Eieren kiezen voor zijn geld.

Slide 4 - Tekstslide

Met minder blij zijn dan je eerst eiste.

Slide 5 - Tekstslide

Rammelen van de honger.

Slide 6 - Tekstslide

Heel veel honger hebben.

Slide 7 - Tekstslide

Verboden vruchten zijn het lekkerst.

Slide 8 - Tekstslide

Wat je niet mag doen, doe je vaak het liefst.

Slide 9 - Tekstslide

Met de gebakken peren blijven zitten.

Slide 10 - Tekstslide

De nare gevolgen accepteren.

Slide 11 - Tekstslide

De hond in de pot vinden.

Slide 12 - Tekstslide

Thuiskomen als iedereen al gegeten heeft.

Slide 13 - Tekstslide

Dat zal hem geen windeieren leggen.

Slide 14 - Tekstslide

Daar zal hij veel voordeel aan hebben.

Slide 15 - Tekstslide

Eten wat de pot schaft.

Slide 16 - Tekstslide

Eten wat er is klaargemaakt.

Slide 17 - Tekstslide

Verandering van spijs doet eten.

Slide 18 - Tekstslide

Afwisseling is belangrijk.

Slide 19 - Tekstslide

Hij moet droog brood eten.

Slide 20 - Tekstslide

Hij moet erg zuinig zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Hij laat zich niet de kaas van het brood eten.

Slide 22 - Tekstslide

Opkomen voor iets.

Slide 23 - Tekstslide

De soep wordt nooit zo heet gegeten als zij wordt opgediend.

Slide 24 - Tekstslide

Iets is nooit zo erg als het eerst lijkt.

Slide 25 - Tekstslide

Wat een boer niet kent, dat eet hij niet.

Slide 26 - Tekstslide

Mensen houden niet van wat ze niet kennen.

Slide 27 - Tekstslide

De een zijn dood is de ander zijn brood.

Slide 28 - Tekstslide

Wat voor de één een nadeel is, dat is voor iemand anders een voordeel.

Slide 29 - Tekstslide

Met zijn tien geboden eten.

Slide 30 - Tekstslide

Met de handen eten.

Slide 31 - Tekstslide