Transporttheorie van Ullman

Arm & Rijk Voedselvraagstuk
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Arm & Rijk Voedselvraagstuk

Slide 1 - Tekstslide

Voedselvraagstuk is een verdelingsvraagstuk!

Geglobaliseerde landbouw: voedingsgrondstoffen worden wereldwijd verhandeld.

Er zou genoeg zijn maar het is niet eerlijk verdeeld, niet iedereen heeft evenveel toegang

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Hoe kunnen we op dezelfde hoeveelheid oppervlakte meer voedsel produceren?
  • Groene revolutie (De invoering van verbeterde, snelgroeiende soorten in de landbouw, in combinatie met het gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen)
  • Genetische gemanipuleerd voedsel (Voedsel van landbouwgewassen waarvan de erfelijke eigenschappen doelgericht zijn veranderd.)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Genetisch gemanipuleerd voedsel 
zodat de gewassen:
  • sneller geoogst kunnen worden
  • beter beschermd zijn tegen
    plantenziekten, zout en droogte
  • meer vitaminen bevatten
ook tegenstanders: 
     + veiligheid
     + ethisch
     + onbekende effecten lange termijn





Slide 7 - Tekstslide

Op welke manier wordt er gehandeld?

Slide 8 - Tekstslide

Hoe is handel mogelijk?
Daar heeft Edward Ullman een theorie over

Slide 9 - Tekstslide

1

Slide 10 - Video

00:54
Ligt er in de NL supermarkten veel wijn uit Spanje? Waarom wel/niet?

Slide 11 - Open vraag

Handel komt alleen tot stand als voldaan wordt aan drie voorwaarden:

1. Complementariteit: de ene regio heeft een overschot, de ander een tekort (ze vullen elkaar aan). 
2. Transporteerbaarheid: mogelijkheid tot binnenlands transport (o.a. kwaliteit van infrastructuur)
3. Geen tussenliggende mogelijkheden

Slide 12 - Tekstslide

Maak de opdracht over de theorie van Ullman met jouw producten. 

(Gebruik de foto's die je hebt geüpload in Classroom)

Weet je een antwoord niet? Overleg en maak gebruik van het internet

Slide 13 - Tekstslide

1. Complementariteit
  • Vraag en aanbod: de ene regio heeft ergens een overschot van, de ander een tekort
  • Dan kán er handel/uitwisseling plaatsvinden tussen de regio's
  • Soms gebeurt dit niet: arme gebieden (waar de honger is) hebben niet altijd geld voor de voedselleveringen

Slide 14 - Tekstslide

2. Transporteerbaarheid
  • Mate waarin het loont om een product te vervoeren
  • Tijd = geld
  • Slechte infrastructuur in ontwikkelingslanden --> voldoen dus vaak niet aan de voorwaarde van transporteerbaarheid

Slide 15 - Tekstslide

3. Geen tussenliggende mogelijkheden
Hoe dichter een afnemer bij een (graan)leverancier zit, hoe lager de vervoerskosten. Als deze afnemer ook nog een hogere prijs biedt dan een klant verderop, komt het zeker daar terecht, ook al heeft die verder weg het voedsel veel harder nodig. 
Omgekeerd kan een tussenliggende hindernis de verklaring zijn van het gegeven dat een product van het andere einde van de wereld wordt aangevoerd, terwijl het naast de deur ook wordt gemaakt.

Slide 16 - Tekstslide

Afrika valt op door een zeer geringe productie, export en import.

Geef hiervoor een verklaring vanuit de fysische dimensie.

Slide 17 - Open vraag

Afrika valt op door een zeer geringe productie, export en import.

Geef hiervoor een verklaring vanuit de economische dimensie.

Slide 18 - Open vraag

Afrika valt op door een zeer geringe productie, export en import.

Geef hiervoor een verklaring vanuit de politieke dimensie.

Slide 19 - Open vraag

Waarom alsnog voedsel tekort?
Oneerlijke concurrentie
Als een boer zijn product op de wereldmarkt wil verkopen, moet hij concurreren met talloze andere boeren uit vele landen. Die concurrentie verloopt niet altijd rechtvaardig, 
waarom en hoe?

Slide 20 - Tekstslide

Oneerlijke concurrentie
Als een boer zijn product op de wereldmarkt wil verkopen, moet hij concurreren met talloze andere boeren uit vele landen. Die concurrentie verloopt niet altijd rechtvaardig, 
waarom en hoe?
- Dumping
- Handelspolitiek
- Invoertarieven

Slide 21 - Tekstslide

Goedkoop voedsel
Dumping: Overschotten van voedsel verkopen voor schandalig lage prijzen.
Door goede zaden en kennis kan een boer beter en meer produceren.
Door het grote aanbod op de wereldmarkt krijg je Dumping van producten.
De overheid kan boeren ook subsidie geven om meer te produceren. Zoek maar eens op "de boterberg"

Slide 22 - Tekstslide

Dumping
Het voor een lage prijs op de wereldmarkt verkopen van geproduceerde overschotten 

Slide 23 - Tekstslide