examentraining Transport

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Examentraining

BI/K/9 Het lichaam in stand houden: voeding en genotmiddelen, energie, transport en uitscheiding

bvj 4b th 6: Transport

Bloed bestaat uit?

1. Bloedsplasma, rode bloedcellen en witte bloedcellen
2. Bloedplasma, rode bloedcellen, water en bloedplaatjes
3. Bloedplasma, rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes
4. Roze bloedcellen, witte bloedcellen, bloedplaatjes

Welke bloedcellen maken antistoffen?

1. Rode bloedcellen
2. Witte bloedcellen
3. Bloedplaatjes

Witte bloedcellen bevatten hemoglobine

1. juist
2. onjuist

1. Welke bloedcellen vervoeren zuurstof?

1. rode bloedcellen
2. witte bloedcellen
3. rode bloedcellen en bloedplaatjes
4. bloedplaatjes

Welke bloedcellen hebben geen celkern?

1. rode bloedcellen
2. witte bloedcellen
3. rode bloedcellen en bloedplaatjes
4. witte bloedcellen en bloedplaatjes

Laag B in de
reageerbuis, bevat

1. Bloedplasma
2. Bloedplasma en bleodplaatjes
3. Bloedplaatjes
4. Bloedplaatjes en witte bloedcellen

Bloedplasma vervoert voedingsstoffen.

1. juist
2. onjuist

Laag A in de
reageerbuis, bevat

1. Bloedplasma
2. Bloedplasma en bleodplaatjes
3. Bloedplaatjes
4. Bloedplaatjes en witte bloedcellen

1. Kleine bloedsomloop
2. Grote bloedsomloop

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten

Sleep deze naar de juiste naam.

rechter boezem

Aorta

krans slagader

Long slagader

In de afbeelding is een lengte doorsnede van een schematisch hart weergegeven. 

Sleep de onderdelen naar het hart.

Rechterboezem

Rechterkamer

Linkerboezem

Linkerkamer

Slagader

Ader

Naar het hart toe

Van het hart af

Dikke gespierde wand

Dunne slappe wand

Kleppen over de gehele lengte

Kleppen alleen bij het hart

Bloed stroomt snel

Bloed stroomt langzaam

Leverslagader

Poortader

Leverader

Voedingsstofrijk

Zuurstof-rijk

Naar het hart

Vanaf het hart

Zuurstof-arm

Zuurstof-arm

welke hartziekte ken je?

Wat is de functie van een lymfeknoop?

1. Lymfe verzamelen
2. Lymfe zuiveren
3. Lymfe afbreken
4. Lymfe opnemen

Lymfe ontstaat doordat bloedplasma eerst

1. lymfe wordt en daarna weefselvloeistof
2. weefselvloeistof wordt en daarna lymfe

In welk of welke typen vocht kunnen antistoffen voorkomen?

1. Alleen in bloed
2. In bloed, lymfe en weefselvloeistof
3. In bloed en lymfe
4. In bloed, lymfe, weefselvloeistof en traanvocht

Witte bloedcellen kunnen in lymfe zitten

1. Waar
2. Niet waar

Wat is GEEN functie van een lymfeklier?

1. productie van lymfe
2. zuiveren van lymfe
3. productie van witte bloedcellen