B2C BE
Break-even
Break even analyse formule
Voor de berekening van het break even punt binnen de break even analyse is een aantal gegevens nodig, namelijk de constante kosten, de verkoopprijs van het product en de variabele kosten per product.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2
In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Break-even
Break even analyse formule
Voor de berekening van het break even punt binnen de break even analyse is een aantal gegevens nodig, namelijk de constante kosten, de verkoopprijs van het product en de variabele kosten per product.
Slide 1 - Tekstslide
Het break even punt (BEP) wordt bepaald door het moment dat de constante kosten zijn terugverdiend. Dat gebeurt pas door de zogenoemde dekkingsbijdrage, dat is de verkoopprijs minus de variabele kosten. Wanneer de constante kosten gedeeld worden door deze dekkingsbijdrage, is het BEP bekend.
Hoeveel keer is de dekkingsbijdrage nodig om gelijk te komen met de constante kosten.
Slide 2 - Tekstslide
In formule ziet het er zo uit:
Break even punt =
Constante kosten / (Verkoopprijs – Variabele kosten)
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Voorbeeld Break even punt = Constante kosten / (Verkoopprijs – Variabele kosten)
Gegeven
Constante kosten € 12.000,- per jaar
Normale bezetting per jaar 4.000 stuks
Variabel kosten per stuk € 6,--
Verkooprijs per stuk € 18,--
€ 12.000/(€ 18,00 - € 6,00) = 1.000 stuks, als er 1.000 stuks worden geproduceerd speelt het bedrijf quitte
Slide 5 - Tekstslide
Nu grafisch
als er niets wordt geproduceerd zijn de constante kosten in totaal
€ 12.000, er zijn geen variabele kosten
Als er 2.000 producten worden geproduceerd zijn er constante en variabele kosten
constante kosten € 12.000
variabele 2.000 x € 6,00 = € 12.000
dus in totaal € 24.000,00
De kostenlijn van de grafiek wordt als volgt gemaakt.
Het eerste punt van de kostenlijn is:
0 producten: kosten € 12.000,00
Het tweede punt
2000 producten: kosten € 24.000,00
Teken een lijn van het eerste naar het tweede punt.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Opbrengstenlijn:
Het eerste punt
0 verkocht opbrengst € 0,00
Het tweede punt
2.000 stuks verkocht, opbrengst =
2.000 x € 18,- = € 36.000.
Teken een lijn van het eerste punt naar het tweede punt.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Er zijn twee lijnen in een grafiek. Het moet natuurlijk wel te zien zijn wat er met welke lijn bedoeld wordt.
Gebruik voor iedere lijn een ander kleur en maak een legenda.
In een legenda staat beschreven wat er met met ieder lijn bedoeld wordt.
