Cursus 7 § 12 werkwoordalarm

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 2

WELKOM BIJ NEDERLANDS!

Hang je jas op aan de kapstok. 

Ga rustig zitten en leg je spullen klaar:

- je leesboek

- pen

- schrift & Nieuw Nederlands 

Wat gaan we doen vandaag?

lezen 10 minuten

Vorige les

Leerdoelen: je kan moeilijke werkwoorden spellen

Uitleg 

Opdrachten maken

Vragen/ Afsluiten

Waar werken we naartoe?

Week 2: Meer dan lezen § 4  - taal § 5 

Week 3: Meer dan Lezen § 4 -  taal § 6 - Meer dan Lezen § 5

Week 4: Meer dan Lezen § 5 - taal § 7 - Spelling § 11

Week 5: §11 en § 12 oefenen spelling - oefentoets

Week 6: Spelling § 11 en 12 - oefentoets op je laptop

Week 7: Toets dinsdag 11 februari!

Het voltooid deelwoord §11

Het voltooid deelwoord is een vorm van het werkwoord.

Voltooid betekent dat iets klaar of afgelopen is.

Bijvoorbeeld:

Frits heeft zijn fietsband geplakt

Het voltooid deelwoord

Het voltooid deelwoord eindigt op -en of op -d of -t.

Bijvoorbeeld:

gebroken, geschreven

gehoord, gemaakt

Als je een woord langer maakt, 

hoor je of je een -d of een -t moet schrijven.

Lezen

Lesdoel

Ik kan moeilijke Nederlandse werkwoorden spellen: 

ww die beginnen met be-, ge- ver-, ont-, her- of over-.

Instructie

Werkwoorden die beginnen met be-, ge- ver-, ont-, her- of over- klinken in de tegenwoordige tijd en als voltooid deelwoord hetzelfde, maar ...

je schrijft ze soms anders! 

bijvoorbeeld: 

tegenwoordige tijd  -                                                                          voltooid deelwoord

Dit t-shirt verkleurt in de was.                                                  Dit T-shirt is verkleurd. 

Mijn buurjongen verstuikt zijn enkel                         Hij heeft zijn enkel verstuikt. 

Dat meisje verkleedt zich.                                                         Zij heeft zich verkleed. 

Het gebeurt vandaag                                                               Het is vandaag gebeurd. 

ik/...jij?        ik-vorm

de ander   ik-vorm + t

meer          HELE WW

pv in de t.t. 

pv in de v.t.  

ik / ander   ik-vorm + te

(enkelvoud)              + de

meer            ik-vorm+ ten

(meervoud)               + den

----------------------------------

voltooid deelw. 't kofschip x 

In welke zin zijn de werkwoorden correct gespeld?

1. De chauffeur bezorgd het pakje bij de buren. Het pakje is bezorgt.
2. De chauffeur bezorgd het pakje bij de buren. Het pakje is bezorgd.
3. De chauffeur bezorgdt het pakje bij de buren. Het pakje is bezorgt.
4. De chauffeur bezorgt het pakje bij de buren. Het pakje is bezorgd.

Bij Breda is vanochtend een trein [ontsporen].

Die man [verbouwen] oude huizen en verkoopt ze dan weer.

Ik vind dat je jezelf goed hebt [verdedigen].

Kom op, doe je best, je [overleven] het wel!

Noah bevrij... het vogeltje uit het net.

Heb jij je al verklee... voor het feest?

Wie verlang... er nu niet naar de vakantie?

Ik vermoe... dat Jesse niet helemaal eerlijk is.

Als een website naar je leeftijd vraagt ... (vermelden) jij die dan?

Ik ... (besteden) elke dag veel te veel tijd aan sociale media.

Ik heb de klontjes uit het beslag ... (zeven).

Welke pizza heb jij ... (bestellen)?

Aan het werk!

Maak de opdrachten van § 12 op blz. 240 en 241