Lesson Visit: Repaso Números, comida, verbo gustar y la hora

Repaso
In deze les gaan we begrippen behandelen zoals de namen van voedingsmiddelen, getallen, het werkwoord gustar,
tijd en frequentie woorden 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Repaso
In deze les gaan we begrippen behandelen zoals de namen van voedingsmiddelen, getallen, het werkwoord gustar,
tijd en frequentie woorden 

Slide 1 - Tekstslide


A
el coffee
B
la café
C
el café
D
el cefá

Slide 2 - Quizvraag


A
el huevo
B
la verdura
C
la leche
D
el zumo

Slide 3 - Quizvraag


A
la pasta
B
la patata
C
el pan
D
el pano

Slide 4 - Quizvraag

Het ontbijt
A
el mañana
B
el desayuno
C
la cena
D
La desayuna

Slide 5 - Quizvraag

El desayuno
La comida
La cena
14.00 - 16.00
08.00-10.00
20.00 - 23.00

Slide 6 - Sleepvraag

Noem zoveel mogelijk etenswaren/gerechten/ drankjes in het Spaans

Slide 7 - Woordweb

Weet jij de betekenis van deze Spaanse regelmatige werkwoorden? 
Zet de juiste bij elkaar.
comer
bailar
hablar
vivir
cantar
ir
jugar
trabajar
escribir
viajar
beber
poder
schrijven
gaan
dansen
drinken
praten
leven, wonen
werken
eten
kunnen
reizen
zingen
spelen

Slide 8 - Sleepvraag

19
A
diecinueve
B
veinte
C
cien
D
dieciséis

Slide 9 - Quizvraag

6
A
seis
B
veintidós
C
cien
D
dieciséis

Slide 10 - Quizvraag

101
A
diecinueve
B
cien y uno
C
dos mil
D
ciento uno

Slide 11 - Quizvraag

23
A
diecinueve
B
veinte
C
veintitrés
D
dieciséis

Slide 12 - Quizvraag

17
A
diecinueve
B
diecisiete
C
veintitrés
D
dieciséis

Slide 13 - Quizvraag

Wat is juist?

A
Me gustan viajar
B
Me gustas las patatas
C
Les gusta los carros
D
Me gusta mi perro

Slide 14 - Quizvraag

Welke zin is juist?
A
Me gusta las fiestas
B
Me gusta trabajar
C
Me gustan el mar
D
Me gusta las patatas

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin is NIET juist?
A
Me gusta las fiestas
B
No me gusta hablar por teléfono
C
Me gustan mis compañeros
D
Me gusta el vino

Slide 16 - Quizvraag

Hoe zeg je?
Ik houd van bier

Slide 17 - Open vraag

El fin de semana
Nunca
Siempre (todos los días)
Algunas veces
Nooit
de weekend
Altijd (Elke dag)
Soms

Slide 18 - Sleepvraag