Kapitel 1: Persoonlijke voornaamwoorden

Kapitel 1: Persoonlijke voornaamwoorden
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Kapitel 1: Persoonlijke voornaamwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud
Lesdoel
Je kan de persoonlijke voornaamwoorden naar 
het Duits vertalen
Benodigdheden
        Laptop
        Aantekeningenschrift
        Pen

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf de 9 persoonlijke voornaamwoorden in het Nederlands op

Slide 3 - Woordweb

ik
jij
hij
zij
het
wij
jullie
zij
u
-
-
-
-
-
ichdu
er
sie*
es
-
-
-
-

wir
ihr
sie*
Sie*
Enkelvoud
Meervoud
Persoonlijke voornaamwoorden
1 persoon

2 of meerdere personen
hoofdletter
Scan QR LessonUp 

Slide 4 - Tekstslide

Sleep de juiste vertaling naar de persoonlijke voornaamwoorden.
ik
jij
hij
zij
wij
jullie
zij
u
er
Sie
du
ich
wir
sie
ihr

Slide 5 - Sleepvraag

Zet het juiste persoonlijk voornaamwoord in de zin. 
Er blijven 3 persoonlijke voornaamwoorden over.
1
2
3
4
(Ik) ___________ bin Jonna.
(Wij) ___________ sind Freunde.
(Hij) _________ ist 12 Jahre alt.
Seid __________ (jullie) Familie?
ich
du
er
sie
wir
ihr
Sie

Slide 6 - Sleepvraag

Vertaal tussen de haakjes:
(Jij)____ bist mein Freund

Slide 7 - Open vraag

Vertaal tussen de haakjes:
(Zij) _____ heißt Lisa.

Slide 8 - Open vraag

Vertaal tussen de haakjes:
(Het) ______ ist Sommer.

Slide 9 - Open vraag

Vertaal tussen de haakjes:
Frau Wijer, sind ______ (u) Mutter?

Slide 10 - Open vraag