Basiszorg Les 3.2 Urine incontinentie

Persoonlijke zorg 3.2
- Terugblik vorige les
- 15.5 Ondersteuning bij urine
- 15.6 Behandeling van 
incontinentie
- Aan het werk
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pers. VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Persoonlijke zorg 3.2
- Terugblik vorige les
- 15.5 Ondersteuning bij urine
- 15.6 Behandeling van 
incontinentie
- Aan het werk

Slide 1 - Tekstslide

Een negatieve vochtbalans ontstaat als de opname hoger is dan de uitscheiding
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Een slechte huidturgor duidt op een positieve vochtbalans
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Bij een positieve vochtbalans zie je vaak dikke enkels bij de zorgvrager.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

De samenstelling van urine bestaat uit:
A
Water; zouten; afvalstoffen, hormonen, vitaminen
B
Water; zouten; suikers; celresten
C
Water; zouten; uribilline; rode bloedlichaampjes
D
Water; zouten; suikers; eiwitten

Slide 5 - Quizvraag

Samenstelling van urine
  • Ureum
  • Creatinine
  • Bilirubine
  • Urinezuur
  • Gifstoffen
  • Afbraakproducten
  • Overige stoffen






Slide 6 - Tekstslide

Benoem de onderdelen van het urinewegstelsel. Benoem per onderdeel wat de functie is

Slide 7 - Open vraag

Welk onderdeel verzamelt de urine?
A
Urineleiders
B
Urineblaas
C
Nieren
D
Lever

Slide 8 - Quizvraag

Benoem zoveel mogelijk observatiepunten bij urine

Slide 9 - Open vraag

15.5 Ondersteuning bij urine
Aanpassingen van het toilet:
- per cliënt verschillend
- hulpmiddelen kunnen zijn: armsteunen 
of een afneembare toiletverhoger
Bidet:

Slide 10 - Tekstslide

15.5 Ondersteuning bij urine
Hulp bieden bij urineren
- wees alert op privacy
- wees alert op schaamtegevoel van de cliënt
- ondersteuning die nodig is verschilt per cliënt
- op bed kun je hulpmiddelen gebruiken

Welke hulpmiddelen zou je op bed kunnen gebruiken?

Slide 11 - Tekstslide

Stel: een cliënt heeft alleen hulp nodig met de broek open doen. Wat doe jij dan? waar wacht je? laat je de deur open?

Slide 12 - Open vraag

15.5 Ondersteuning bij urine
Niet kunnen urineren
- oorzaak kan lichamelijk zijn
- psychische aspecten kunnen ook meespelen

Mogelijke maatregelen:
- zo natuurlijk mogelijke houding aannemen
- waterkraan laten lopen
- voldoende privacy
- gun de cliënt de tijd
- spoel de geslachtsorganen met warm water

Slide 13 - Tekstslide

15.5 Ondersteuning bij urine
Vormen van incontinentie:
- stressincontinentie
- urge-incontinentie
- gemengde incontinentie
- functionele incontinentie
- overloopincontinentie
- totale incontinentie 

Slide 14 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Aan incontinentie is veel meer te doen dan mensen denken.
Als MZ/VB kun je signaleren en deze signalen overdragen aan de verpleging of mantelzorgers.

Mogelijke behandelingen incontinentie:
- bekkenbodemspieroefeningen                    - zelfkatheterisatie
- elektrostimulatie                                                 - chirurgisch ingrijpen
- biofeedback                                                           - medicatie
- blaastraining

Slide 15 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Bekkenbodemspieroefeningen
- Verzwakte bekkenbodemspieren
- na zwangerschap of bevalling
- oefentherapie onder begeleiding
 van fysiotherapeut

Slide 16 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Elektrostimulatie
- voor mensen die de bekkenbodem niet
zelf kunnen aanpassen


Slide 17 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Biofeedback
- meestal toegepast door fysiotherapeut
- anale of vaginale sonde ingebracht die de elektrische impuls van de bekkenbodemspieren opvangt
- ontspanning en aanspanning
- niet voor jou als MZ/VZ om toe te passen

Slide 18 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Blaastraining
- cliënt aanmoedigen om op bepaalde tijden te urineren
- vooral bij demente mensen een uitkomst
- blaas volledig leegplassen
- helpt bij urge-incontinentie en extreem vaak plassen

Slide 19 - Tekstslide

15.5 Behandeling van incontinentie
Zelfkatheterisatie
- blaas niet goed kunnen ledigen door bv. MS.
- incontinentieverpleegkundige leert de cliënt dit te doen
- slangetje in urinebuis inbrengen om urine eruit te laten lopen

Zie filmpje, volgende dia.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

15.5 Behandeling van incontinentie
Chirurgisch ingrijpen
- operatie kan soms enige uitweg zijn
- blaasverzakking of baarmoederverzakking kan worden verholpen

Medicatie
- Uroloog kan verschillende medicijnen voorschrijven om incontinentie te verhelpen of verminderen.
- Deze medicijnen hebben invloed op de spierspanning van de blaas en de blaasuitgang

Slide 23 - Tekstslide

Welke discipline(s) zijn betrokken bij mensen met incontinentie?

Slide 24 - Woordweb

To do...

Maak:
Thema 4, hoofdstuk 15
Praktijksituatie: meneer Bouwman heeft longontsteking.

Slide 25 - Tekstslide