regelmatige werkwoorden / stam+ -d/-t

Was werden wir heute machen?
Wat gaan we vandaag doen?

  • werkwoorden stam eindigend op -d en -t
  • zwakke werkwoorden hoofdregel

 video-fragment kijken: https://www.youtube.com/watch?v=dfhhbOe7x4Y



1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Was werden wir heute machen?
Wat gaan we vandaag doen?

  • werkwoorden stam eindigend op -d en -t
  • zwakke werkwoorden hoofdregel

 video-fragment kijken: https://www.youtube.com/watch?v=dfhhbOe7x4Y



Slide 1 - Tekstslide

Herzlich willkommen zur Deutsch-Stunde!!!
- Mobiel in je tas,
of inleveren
- pak je schrift
- pak je werkboek en pen of potlood

Slide 2 - Tekstslide

Lernziele / Leerdoelen
Aan het einde van de les:
  • Ken ik de  zwakke werkwoorden
  • Ken ik de regel van werkwoorden met stam eindigend op -d of -t
  • Heb ik opdrachten gemaakt
  • Heb ik een leuk filmpje 

Slide 3 - Tekstslide

Kennen jullie deze nog?
Een handig ezelsbruggetje voor het vervoegen
van regelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd

I    D    E    W    I    S
(fe)   e    st    t   en   t   en         


Slide 4 - Tekstslide

Hoofdregel (feesttenten)
FE-
ich
spiele
du
spielst
er / sie / es
spielt
wir
spielen
ihr
spielt
sie / Sie
spielen

Slide 5 - Tekstslide

Aan de slag...

maak stencil  Kapitel 4, opdracht 1 t/m 5
gebruik hierbij de Feesttenten-hoofdregel 



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

regel voor regelmatige werkwoorden 
met stam eindigend op -d of -t
reden
FE-
ich
rede
du
red(e)st
er / sie / es
red(e)t
wir
reden
ihr
red(e)t
sie / Sie
reden
antworten
FE-
ich
antworte
du
antwort(e)st
er / sie / es
antwort(e)t
wir
antworten
ihr
antwort(e)t
sie / Sie
antworten

Slide 8 - Tekstslide

NEEM DIT SCHEMA OOK OVER

regel voor regelmatige werkwoorden met stam eindigend op -d of -t
reden
FE-
ich
rede
du
red(e)st
er / sie / es
red(e)t
wir
reden
ihr
red(e)t
sie / Sie
reden
antworten
FE-
ich
antworte
du
antwort(e)st
er / sie / es
antwort(e)t
wir
antworten
ihr
antwort(e)t
sie / Sie
antworten

Slide 9 - Tekstslide

deze regel geldt bij de volgende werkwoorden:

  • antworten
  • reden
  • arbeiten
  • finden
  • kosten
  • warten

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag...

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Waar ging het eerste deel van het journaal over?
A
Verkiezing van de beste film
B
Verkiezingen voor een nieuwe regering in Duitsland.
C
Touristenbeurs in Berlijn
D
Verkiezing van de mooiste stad in Europa

Slide 13 - Quizvraag

Wie heeft de verkiezingen in Duitsland gewonnen?
A
Angela Merkel
B
CDU/CSU
C
SPD
D
Die Grünen

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent het woord 'Ampel'?
A
Versterker
B
Fiets
C
Autobus
D
Stoplicht

Slide 15 - Quizvraag

Wat vond je van deze les?
Wat vond je van de leraar?

Slide 16 - Woordweb