les 9 thema 6 b6 deel 2

Welkom bij de 
9e online les over 
Thema 6 B6 deel 2 
Geslachtelijke voortplanting
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 17 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij de 
9e online les over 
Thema 6 B6 deel 2 
Geslachtelijke voortplanting

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
-Terugblik vorige les
-Uitleg over de leerdoelen B6.   
-Zelfstandig werken aan de online opdrachten.    
-We sluiten af mbv paar vragen in lessonup. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Een paar vragen over de geslachtelijke voortplanting. 

Heb je vragen fout gemaakt en heb je daar hulp/uitleg bij nodig?  Vraag me dan straks om uitleg via de chat.

Slide 3 - Tekstslide

opfrissen
De helft van de chromosomen in de bevruchte eicel komt van de moederplant en de helft van de vaderplant. 

Bij geslachtelijke voortplanting hebben de nakomelingen niet precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouders.

Slide 4 - Tekstslide

Een cel in de stengel van een narcis heeft 28 chromosomen. Hoeveel chromosomen heeft een stuifmeelkorrel van deze narcis?
A
28
B
56
C
14
D
dat kun je niet weten

Slide 5 - Quizvraag

Celdeling waarbij geslachtscellen ontstaan, noemen we
A
Mitose
B
Meiose
C
Geslachtelijke voortplanting
D
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 6 - Quizvraag

Een stuifmeelkorrel van een margriet heeft 10 chromosomen. Hoeveel chromosomen heeft de bevruchte eicel van de margriet?
A
5
B
10
C
15
D
20

Slide 7 - Quizvraag

Na de meiose hebben de dochtercellen de helft van de chromosomen.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Video

De leerdoelen voor deze les:
-Je kunt uitleggen dat bij geslachtelijke voortplanting elk van de ouders 50% van het DNA levert. 
-Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.

Hier doen we twee lessen over.

Slide 10 - Tekstslide

-Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.
Planten: 
Bevruchting (let op verschil bestuiving en bevruchting)
Voortplantingscellen:
man: stuifmeel
vrouw: eicel

"kindje": zaadje.

Slide 11 - Tekstslide

-Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.
Dieren: 
Bevruchting kan inwendig of uitwendig plaatvinden
Voortplantingscellen:
man: zaadcel (let op het verschil met het zaadje van de plant)
vrouw: eicel

"kindje": embryo / ei.

Slide 12 - Tekstslide

Uitwendige bevruchting
Bij dieren die hun eieren in het water leggen, kan de bevruchting in het water plaatsvinden (buiten het lichaam). Bevruchting buiten het lichaam noem je uitwendige bevruchting.

Slide 13 - Tekstslide

Waarom is bij dieren in het water wel uitwendige bevruchting mogelijk en op het land niet?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

Uitwendige bevruchting bij kikkers
Bij kikkers zit het mannetje tijdens de paring boven op het vrouwtje 
 Het mannetje geeft zaadcellen af net op het moment dat het vrouwtje eicellen afzet. De bevruchting vindt plaats in het water. Het mannetje kan wel enkele dagen op het vrouwtje blijven zitten.

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video

Inwendige bevruchting
Bij insecten vindt de bevruchting meestal plaats in het lichaam van het vrouwtje. Dit noem je inwendige bevruchting. Na de bevruchting zet het vrouwelijke insect eitjes af. In de eitjes ontwikkelen zich larven. Ook bij vogels en zoogdieren vindt de bevruchting plaats in het lichaam van het vrouwtje.

Slide 18 - Tekstslide

0

Slide 19 - Video

timer
5:00
Leerdoelen:
-Je kunt uitleggen dat bij geslachtelijke voortplanting elk van de ouders 50% van het DNA levert. 
-Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.
Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen de tekst van B6 thema 6
-Af te maken thema 6 B6 opdracht 5 t/m 8 en vwo 6 t/m 10. 
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.   
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.

 

Laatste 10 minuten sluiten we klassikaal af met 6  vragen.  
Zorg er voor dat je dan weer in deze vergadering (les) en in lessonup zit.
-Zorg dat je ook afmaakt wat nog niet af is maar wel al af had moeten zijn.

Slide 20 - Tekstslide

Afsluiting.
Zes vragen om te kijken wat je al weet en dan nog een aantal dia's met extra uitleg (voor wie dan nodig heeft).


Slide 21 - Tekstslide

De eicel van een tomaat heeft 6 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel van een tomaat?
A
0
B
3
C
6
D
12

Slide 22 - Quizvraag

De cellen van een Russische paardenbloem hebben 32 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel van een Russische paardenbloem?
A
8
B
16
C
32
D
64

Slide 23 - Quizvraag

Vrouwtjes vissen zetten eitjes af. Vervolgens bevrucht een mannetjes vis deze eitjes.
Wat voor een soort voortplanting is dit?
A
ongeslachtelijke voortplanting
B
geslachtelijke voortplanting
C
ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting

Slide 24 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van geslachtelijke voortplanting?
A
uitwendige bevruchting
B
bestuiving van planten
C
bevruchting van een plant
D
voortplanting van vogels

Slide 25 - Quizvraag


Hoe heet de mannelijke geslachtscel bij dieren?


A
chromosoom
B
eicel
C
stuifmeelkorrel
D
zaadcel

Slide 26 - Quizvraag

Bij veel insecten vindt inwendige bevruchting plaats.
Wat voor een soort voortplanting is dit?
A
ongeslachtelijke voortplanting
B
geslachtelijke voortplanting
C
ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting

Slide 27 - Quizvraag

Extra uitleg
De volgende dia's bevatten filmpjes en site's met extra uitleg.

1: uitleg onderdelen bloem. (video).
2: invuloefening onderdelen bloem. (biologiepagina.nl)
3: uitleg onderdelen bloem (bioplek.org).
4: voortplanting  planten (schooltv).
5: planten (over de hele plant, 45 minuten maar wel leuk).
6: snapput met 3 video's over bloemen en voortplanting (Erg duidelijk).
7: bestuiving door een hommel (schooltv)
8: presentatie over veel onderdelen van dit thema (19 minuten)
9: hoe groeit een aardbei? (3 minuten)
10: hoe groeit een courgette? (3 minuten)
11:   verspreiding van zaden (voor vwo)
12:  hoe teel je een nieuwe aardappelsoort
13:  deling bacterie
14:  bollen
15:  verschillen tussen bollen en knollen
16:  stekken
17:  weefselkweek (bio bits)

Slide 28 - Tekstslide

0

Slide 29 - Video

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link

0

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Link

Slide 35 - Video

Slide 36 - Link

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video

0

Slide 42 - Video

0

Slide 43 - Video

0

Slide 44 - Video

Slide 45 - Video

Dat was het voor deze les.
Deze lessonup kun je straks terugvinden bij de klas.

 Blijf bij met je werk. 
 
Tot de volgende keer!

Je mag deze les (teams) nu verlaten. 
 


Slide 46 - Tekstslide