8. Remmen en botsen

Klas 2 H/V
8. Remmen en botsen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Klas 2 H/V
8. Remmen en botsen

Slide 1 - Tekstslide

Grootheden & Eenheden
1
2
3
4

Slide 2 - Tekstslide

Soorten bewegingen

Slide 3 - Tekstslide

Formule versnelling
1
2
3

Slide 4 - Tekstslide

Formules afstand en snelheid
1
2
3

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 1

Slide 6 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 1

Slide 7 - Tekstslide

Afstand S berekenen uit V(t)-diagram
1
2

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 2
1
2
3

Slide 9 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 2

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 3

Slide 11 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 3
1
2

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

1
Stopafstand
2

Slide 15 - Tekstslide

Stopafstand omlaag
1
2
3
4
5
6
7

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 4

Slide 18 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 4
1
2

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Remweg
1
2
3
4

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 5
Bereken de Remweg van Albert in de tabel voor 30 km/h, 40 km/h en 60 km/h

Slide 22 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 5
1
Bereken de Remweg van Albert in de tabel voor 30 km/h, 40 km/h en 60 km/h

Slide 23 - Tekstslide

a. Heb je alles van deze les begrepen?
b. Zijn er onderdelen van deze les die je nog niet zo
goed begrijpt of waar je meer uitleg voor nodig hebt?
c. Heb je nog tips of suggesties voor deze les?

Slide 24 - Open vraag

Opdrachten
Handboek:
Bestuderen: 4. Remmen en botsen
                         (blz. 117 t/m 120)

Opdrachtenboek: 
maken/nakijken: Opdracht 30 t/m 37  (blz. 81 t/m 82)
                                 Opdracht 18 t/m 25 (blz. 91 t/m 93)

Slide 25 - Tekstslide

Opgaven
Opgave 1 
Een auto komt met piepende remmen tot stilstand.
a. Wat versta je onder de remweg.
b. Noem drie maatregelen die ervoor zorgen, dat deze
remweg redelijk blijft.

Opgave 2
Een auto moet stoppen voor een plotseling overstekend kind.
a. Wat versta je onder de reactieafstand.
b. Noem twee maatregelen die ervoor zorgen, dat
de reactieafstand redelijk blijft.

 


Opgave 3
Henk rijdt in een auto met een constante snelheid. Ineens moet hij remmen. In het v(t)-diagram (inzoombaar) zie je de snelheid tegen de tijd. Het tijdstip nul is het tijdstip waarop Henk waarneemt dat hij moet remmen.
a. Hoe groot is de reactietijd?
b. Bereken de reactieafstand.
c. Hoe groot is de remtijd? 
d. Bereken de remweg.
e. Bereken de stopafstand.
f. Bereken de gemiddelde 
snelheid tijdens het remmen.
g. Bereken de vertraging 
tijdens het remmen.

Slide 26 - Tekstslide

Opgaven
Opgave 4
Mevrouw de Wit wil een auto inhalen. Ze verhoogt haar snelheid volgens het v(t)-diagram hiernaast.
a. Bereken de versnelling van de auto tussen 0 en 2 seconden.
b. Hoelang duurt de 
inhaalmanoeuvre?

Na de inhaalmanoeuvre 
verlaagt ze haar snelheid.




c. Bereken de vertraging tijdens deze periode.
d. Bereken de totaal afgelegde afstand tussen 0 en 12 seconden.

Opgave 5
Hiernaast zie je 30
seconden van een
v(t)-diagram.
a. Bereken de afstand
die in deze 30 seconden
afgelegd wordt.
b. Bereken de gemiddelde
snelheid over die
30 seconden.

Opgave 6
Een lesauto scheurt met 108 km/h door de bebouwde
kom. Als ook nog een rood stoplicht genegeerd wordt,
brult de rijinstructeur ‘stop’ waarop de auto 50 m
verder tot stilstand komt. De remsporen van de auto zijn 32 m lang. Bereken de reactietijd van de doorgedraaide
leerling die achter het stuur zat.

Slide 27 - Tekstslide