7.4 Voedsel verteren

Wat weet je nog van de vorige les?
1 / 29
volgende
Slide 1: Open vraag
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 1 - Open vraag

Wat gaan we doen vandaag?
1. terugkijken vorige les
2. Huiswerk bespreken
3. Voedsel verteren
5. Opdrachten maken
6. Terugkijken les

Slide 2 - Tekstslide

Wat is vertering???

Slide 3 - Open vraag

Vertering

Slide 4 - Tekstslide

Vertering
Water, mineralen en vitaminen kunnen zo het bloed in. 

Koolhydraten, zetmeel en vetten moeten eerst kleingemaakt worden.
Dit gebeurt door verteringssappen

Slide 5 - Tekstslide

Waar begint de vertering?

Slide 6 - Tekstslide

Vertering

Slide 7 - Tekstslide

Waar begint de vertering?
Peristaltische bewegingen

Slide 8 - Tekstslide

Vertering

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Vertering

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Vertering

Slide 15 - Tekstslide

Vertering

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Vertering

Slide 18 - Tekstslide

Vertering

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slokdarm
Lever
Dikke darm
Galblaas
Maag
Alvleesklier
Dunne darm
Anus

Slide 21 - Sleepvraag

Peristaltische bewegingen zorgen dat
A
een arts met een cameraatje in je darmen kan kijken
B
voedsel wordt gekneed en voortgeduwd
C
je moet overgeven
D
kringspieren en lengtespieren zich ontspannen

Slide 22 - Quizvraag

Wat is vertering?
A
Energie in voedingsstoffen gebruiken om te bewegen
B
Voedingsstoffen opnemen in het bloed
C
Voedingsstoffen gebruiken om cellen te bouwen
D
Voedingsstoffen klein maken

Slide 23 - Quizvraag

Welke stof hoeft niet verteerd te worden?
A
Mineralen
B
Vetten
C
Koolhydraten
D
Zetmeel

Slide 24 - Quizvraag

Is speeksel een verteringssap?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

De lever maakt gal. Wat is de functie van gal?
A
Gal is een hulpstof voor de vertering van koolhydraten.
B
Gal bevat een enzym voor de vertering van vetten.
C
Gal is een hulpstof voor de vertering van vetten.
D
Gal bevat een enzym voor de vertering van eiwitten.

Slide 26 - Quizvraag

In de galblaas wordt gal gemaakt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Wat gebeurt er in de dunne darm?
A
De voedingsstoffen worden opgenomen in het bloed.
B
Het water wordt uit de voedselbrij gehaald.
C
Voedselresten worden opgeslagen tot je moet poepen.

Slide 28 - Quizvraag

Evaluatie
1. Wat weet je nu over peristaltische bewegingen?
2. Via welke weg verloopt het voedsel door je verteringskanaal?
3. Waar worden er verteringssappen aan toegevoegd?
4. Waar komen de voedingsstoffen in het bloed terecht?
5. Waar gaan de onverteerbare delen naartoe?

Slide 29 - Tekstslide