Les 1 H 7.1 - 7.4 Huid- en oppervlaktereiniging

Hoofdstuk 7
Huid- en oppervlaktereiniging 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 200 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7
Huid- en oppervlaktereiniging 

Slide 1 - Tekstslide

Kort bijpraten
Hoe was de afgelopen schoolweek?
Hoe staan we er nu voor? 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen/lesdoelen
1. Aan het einde van dit hoofdstuk weet je meer over de opbouw en functie van de huid
2. Aan het einde van dit hoofdstuk kun je de verschillende huidsoorten benoemen
3. Aan het einde van dit hoofdstuk kun je een huiddiagnose toepassen en weet je hoe je deze uitvoert
4. Aan het einde van dit hoofdstuk kun je uitleggen hoe je de huid reinigt 
5. Aan het einde van dit hoofdstuk kun je een tekening ontwerpen van de huid met de daar bijhorende huidproblemen. 

Slide 3 - Tekstslide

Tijdsplanning
1e uur theorie

2e+ 3e uur praktijkboekje

Slide 4 - Tekstslide

We gaan gezamenlijk een woordweb maken van de huid- en oppervlaktereiniging

Slide 5 - Woordweb

Bouw en functie van de huid
De huid is opgebouwd uit verschillende lagen die allemaal hun eigen functie hebben.

De huid is het grootste orgaan van de mens. 
Een orgaan is een deel van het lichaam met zijn eigen functie

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

De opperhuid
ook wel Epidermis genoemd. 

Is de bovenste laag van de huid. Het is de huid die je kunt aanraken en zien. 

in deze laag worden nieuwe huidcellen gemaakt. 

Slide 8 - Tekstslide

De opperhuid
Als nieuwe huidcellen naar boven komen en andere weer afsterven noem je dit het verhoorningsproces. 
De afgestorven cellen noemen we dode huidcellen of schilfers.

In de opperhuid zit pigment. Pigment betekent kleur. Het pigment bepaalt welke huidskleur jij hebt

Slide 9 - Tekstslide

De lederhuid
Ook wel de Dermis genoemd. 

Is de middelste laag van de huid. In deze laag bevinden zich belangrijke elementen van de huid

Slide 10 - Tekstslide

De lederhuid
Haarzakje: Binnen het haarzakje zit de haarkiem. Hieruit groeit een haar.
Talgklier: Zit aan het haarzakje vast. Het maakt ene vettige substantie talg aan. Vraag: welke huidsoort koppel je hieraan?
Zweetklier: maakt zweet aan.
Tastlichaam: voelen. Vraag: waaraan vast? spieren of zenuwen?
Bloedvaten: aan- en afvoer voedingsstoffen, afvalstoffen, zuurstof

Slide 11 - Tekstslide

Het bindweefsel
= De onderste huidlaag

Hier zitten vooral vetcellen en bloedvaten. 

Slide 12 - Tekstslide

Uit hoeveel lagen bestaat de huid? Noem ze eens op.
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 13 - Quizvraag

Verschillende soorten spieren
Kauwspieren
Mimische spieren (gelaatsspieren)

Slide 14 - Tekstslide

Huidsoorten
1. Droge huid
2. Vette huid
3. Normale huid
4. Gecombineerde huid

Slide 15 - Tekstslide

Huidaandoeningen
Pigmentvlekken



Slide 16 - Tekstslide

Teleangiëctastieën 

Slide 17 - Tekstslide

Acne

Slide 18 - Tekstslide

Comedonen

Slide 19 - Tekstslide

Millia
Ander woord? 

Slide 20 - Tekstslide

Gevoelige huid
Waaraan herken je dat?

Wie heeft hier last van?

Tips?

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag
Boek blz. 85 opdrachten 7.01 t/m 7.10

Ben je klaar? 
Laat het aan de docent zien!
Werken in je subgroep aan de praktijk of het maken van een tekening 

Slide 22 - Tekstslide

Evaluatie
Lesdoelen behaald? 
Wat ging er goed vandaag?
Vragen en/of opmerkingen over de les? 
De volgende les

Slide 23 - Tekstslide