2223 H5 PTA 2 les 12: HC 2 Jeugdbewegingen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4-6

Welkom in de geschiedenisles!

Noem twee kenmerkende aspecten die bij tijdvak 9 horen

Zet de gebeurtenissen uit 1918-1945 in de juiste volgorde

1919

1924

1929

27 februari 1933

23 maart 1933

1939

6 & 9 augustus 1945

1923

De Beurskrach 

aanname machtigingswet 

Atoomaanvallen op Japan 

Duitse invasie van Polen

Uitvoeren Dawesplan

Verdrag van Versailles 

De Rijksdagbrand

Hyperinflatie & bezetting Rührgebied

Slag om Stalingrad

De Beurskrach\

Aanval op Pearl Harbor

Aanname machtigingswet

Gebruik bron 1 (dubbel klik om te vergroten)
Een bewering: 'Door de economische crisis kreeg Hitler extra veel steun van arbeiders en werklozen.' Is deze bewering juist of onjuist? Licht je keuze toe met behulp van de bron.

Na de rijksdagbrand voert Hitler de

1. machtigingswet in
2. verordeningswet in
3. noodwet in
4. verelendungswet in

Vanaf wanneer was er sprake van een echte dictatuur in Duitsland?

1. 1929
2. 1932
3. 1933
4. 1940

De 'leidende vragen' over Duitsland

1. Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland en Europa (1918-1945)?

Functie: aanbrengen van een 'historische lijn' en gekoppeld aan de kenmerkende aspecten

Kenmerkende aspecten PTA 2

Uit tijdvak 8, Burgers en Stoommachines: deze kan je toepassen op de periode 1900-1950.

33. Modern imperialisme helpt de industrie

36. Maatschappelijke stromingen: socialisme en nationalisme

Tijdvak 9, Wereldoorlogen

37. Propaganda en vormen van massa-organisatie

38. Totalitaire ideologieën communisme en nationaalsocialisme

39. Crisis van het wereldkapitalisme

40. Het voeren van twee wereldoorlogen

41. Racisme leidt tot genocide (zoals de Holocaust)

42. De Duitse bezetting van Nederland

43. Massa-vernietigingswapens; burgers zijn betrokken bij de oorlog

44. Verzet tegen Westers imperialisme

Tijdvak 10, TV en Computer

45. De Koude Oorlog leidt tot een wapenwedloop met kernwapens

Wat leidde tot de opkomst van het nationaalsocialisme?

Geen vertrouwen bevolking in Republiek Weimar

Versailles & de dolkstootlegende

Politieke polarisatie en strijd tussen extreme groepen

Meerdere economische crises

Populariteit boodschap Hitler: oplossingen voor problemen

Leer/lesdoelen

Aan het eind van deze les:1. 

6. Je begrijpt het verband tussen nazificatie en het streven naar een Volksgemeinschaft.

7. Je begrijpt dat de Conferentie van München (1938) een gevolg was van de Britse appeasementpolitiek, maar dat deze politiek ook leidde tot de inval van Polen (1939)

9. Je begrijpt het verband tussen instelling van de Volksgemeinschaft, en de vernieting van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog

Je kan deze KA's uitleggen met voorbeelden: 

37. Propaganda en vormen van massa-organisatie

38. Totalitaire ideologieën communisme en nationaalsocialisme

duitslandinstituut.nl

Beloften van Hitler

1. Stabiele regering met sterk leiderschap
2. Economisch herstel;
3. Schande van het verdrag van Versailles ongedaan maken.
4. Een Duitsland om trots op te zijn.

Toespraken

Terreur : Knokploeg van de partij

De SA (Sturmabteilung) = paramilitaire organisatie (onofficieel 'leger')  van de NSDAP

Droegen bruin uniform ('bruinhemden') 

Werden gebruikt om vijanden van de NSDAP uit te schakelen

Intimideerde tegenstanders, vielen Communisten en kritische journalisten aan

Na 1933 werkten zij als officiële politie totdat in 1934  de SS hun taken kreeg 

Terreur : Knokploeg van de partij

De SA (Sturmabteilung) = paramilitaire organisatie (onofficieel 'leger')  van de NSDAP

Droegen uniform 

Werden gebruikt om vijanden van de NSDAP uit te schakelen

Intimideerde tegenstanders, vielen Communisten en kritische journalisten aan

1933 Democratie afgeschaft

• De communist Marinus van der Lubbe stak in 1933 het Parlement in Duitsland in brand (om een signaal voor revolutie af te geven)
• De nazi's zagen dit niet als een eenmansactie en zeiden dat de communisten hier achter zaten
• Hitler gaf aan dat Duitsland gered moest worden van chaos en revolutie en stelde een machtigingswet voor om hem dictator te maken.
• Deze wet werd (met druk) aangenomen!

Kenmerken totalitaire staat

Kenmerken Nationaalsocialisme

Uniek kenmerk Nationaalsocialisme:

Antisemitisme en vervolging van 'minderwaardige' rassen en het creëren van een eigen volksgemeinschaft 

Volksgemeinschaft 

Volksgemeinschaft: Idee van de Duitse gemeenschap (lees: volk dus Arische bevolkingsgroep).

Hier hoort ook bij: creatie van gemeenschapsgevoel o.a. door uitsluiting minderwaardige rassen

 

Nazificatie: overal wordt de ideologie van Hitler ingevoerd

• Oprichting concentratiekamp Dachau voor tegenstanders 
• Gestapo -Geheime staatspolizei- opsporen (politieke) tegenstanders
• SS - Schutsstaffel- officiële lijfwacht Hitler en Elitekorps leger
• Hitlerjugend: jongens werden voorbereid op een leven als soldaat die zonder nadenken de bevelen van de Führer opvolgde.

• Bund Deutscher Mädel: meisjes leerden er hoe zij een goede huisvrouw konden zijn en dat de ideale Duitse vrouw veel kinderen baarde.
  

historiek.net

Leg in je eigen woorden uit welke rol de Hitlerjugend speelde in Nazi-Duitsland en hoe dit bijdroeg aan de Nazificatie van de Duitse samenleving na 1933

Leg in je eigen woorden uit hoe de Hitlerjugend past bij kenmerkend aspect: 'Massa-organisaties'

Leg in je eigen woorden uit hoe de Hitlerjugend past bij kenmerkend aspect: 'Totalitaire ideologieën'

Leg in je eigen woorden uit hoe de Hitlerjugend bijdroeg aan de ontwikkelingen die passen bij Kenmerkend aspect 'Racisme en discriminatie'

Leg in je eigen woorden uit hoe de Hitlerjugend leidde tot kenmerkend aspect 'betrekken burgers bij oorlogvoering'

Bron: een citaat van Hitler uit 1936

Een stelling: "Deze bron bevat elementen van het idee volksgemeinschaft"

Leg uit dat deze stelling klopt.

Welke kenmerken van de nazi-ideologie herken je in deze
posters? Verwijs naar onderdelen uit de poster.

Bij welke Kenmerkende aspecten past deze poster? Onderbouw je antwoord en verwijs naar een beeldelement

Leer/lesdoelen

Aan het eind van deze les:1. 

3. Je begrijpt dat veel groepen Duitsers tegen de nieuwe democratie waren; maar daar telkens verschillende redenen voor hadden (communisten, fascisten, conservatieven)

1. Je kan uitleggen dat Duitsland twee keer een economische crisis had:

a. de eerste crisis (1919-1924) eindigde met het Dawesplan en de verzoeningspolitiek

b. de tweede crisis (1929-1934) startte met de Beurskrach en eindigde met Hitler.

Je kan deze KA's uitleggen met voorbeelden: 

39. Crisis van het wereldkapitalisme