Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
It vs. They- 13/02
Welcome back!!
Welcome back!!!
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welcome back!!
Welcome back!!!
Slide 1 - Tekstslide
Planning of today:
Goals of today.
Recap Grammar
Quiz
Exercises
Reflection
Slide 2 - Tekstslide
Doelen:
Ik
herhaal
enkelvoud
en
meervoud
;
Ik
weet
wanneer ik
it
/
they
moet gebruiken;
Ik kan
aangeven
welke woorden
a
lleen een meervoudsvorm
hebben in het
Engels
, maar
niet
in het
Nederlands.
Slide 3 - Tekstslide
Quiz time
Slide 4 - Tekstslide
Sleep de woorden naar het juiste vak.
ENKELVOUD
MEERVOUD
shoes
baby
babies
shoe
underpants
glasses
men
man
Slide 5 - Sleepvraag
I love my
dogs.
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 6 - Quizvraag
I love your
dog.
It is so cute!
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 7 - Quizvraag
Enkelvoud
Meervoud
I love my
dogs.
They
are cute!
I love your
dog.
It
is so cute!
dier
Slide 8 - Tekstslide
Enkelvoud
Meervoud
I love my
new
shoes
They
are so comfortable.
I love your
dress
It
looks beautiful!
ding
Slide 9 - Tekstslide
dier
ding
enkelvoud
meervoud
meervoud
enkelvoud
it they
it they
Slide 10 - Tekstslide
Bij enkelvoud gebruik je ...
A
it
B
they
Slide 11 - Quizvraag
Bij meervoud gebruik je ...
A
it
B
they
Slide 12 - Quizvraag
Pas op! Be careful...
Er zijn uitzonderingen...
Woorden die in het
Engels
alleen
maar
een
meervoudsvorm
hebben.
Slide 13 - Tekstslide
trousers
pants
broek
Let op!
In het
Engels
is het
meervoud,
maar in het
Nederlands ->
enkelvoud.
Slide 14 - Tekstslide
trousers
pants
I like my new
trousers
.
They
are grey.
THEY
Meervoud
in het
Engels?
Gebruik:
they
Slide 15 - Tekstslide
jeans
I like my new
jeans
They
were on sale.
THEY
Meervoud
in het
Engels?
Gebruik:
they
Slide 16 - Tekstslide
Sleep de woorden naar het juiste plaatje.
shorts
scissors
tweezers
glasses
underpants
knickers
Slide 17 - Sleepvraag
Sleep de woorden naar het juiste woord.
it (enkelvoud)
they (meervoud)
shorts
scissors
tweezers
glasses
underpants
knickers
Slide 18 - Sleepvraag
I can't buy those shoes.
____ cost too much money.
A
It
B
They
Slide 19 - Quizvraag
I won't buy ripped jeans.
I think ____ are ugly.
A
it
B
they
Slide 20 - Quizvraag
I love this cap.
____ is on sale.
A
It
B
They
Slide 21 - Quizvraag
I don't like the red scissors.
____ are too cheap.
A
It
B
They
Slide 22 - Quizvraag
My pyjamas are so warm.
____ are for winter.
A
It
B
They
Slide 23 - Quizvraag
Ik begrijp it or they?
A
B
C
Slide 24 - Quizvraag
Zelfstandig werken
Maak de vragen op het werkblad!
Alleen of samen
Tijd: 10 minuten
Klaar?
- Read a book
- Do homework for another subject
- Study words A-C
Slide 25 - Tekstslide
Hoe ging deze les?
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Engels - it vs. they
Februari 2023
- Les met
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Engels - it vs. they 7 t/m 12
Februari 2023
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Congruentie
Mei 2023
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Overige grammar unit 3 en 4
Maart 2024
- Les met
24 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Aanwijzende voornaamwoorden: this, that, these, those
Januari 2025
- Les met
30 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Aanwijzende voornaamwoorden: this, that, these, those
24 dagen geleden
- Les met
30 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Aanwijzende voornaamwoorden: this, that, these, those
15 dagen geleden
- Les met
30 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
2. Electric cars - Grammar: plurals + present continuous
Maart 2022
- Les met
37 slides
Engels
MBO
Studiejaar 1