V5 Argumenteren hoofdstuk 2 (par. 1 en 2)

V5 Argumenteren

  • Soorten argumenten
  • Argumentatieschema's
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

V5 Argumenteren

  • Soorten argumenten
  • Argumentatieschema's

Slide 1 - Tekstslide

Argumentatieschema's
  • Oorzaak-gevolg
  • Kenmerk-eigenschap
  • Voor- en nadeel
  • Voorbeeld(en)
  •  Vergelijking
  • Autoriteit
Zie ook de theorie van het katern argumenteren

Slide 2 - Tekstslide

Nederland moet meedoen met de ontwikkeling van de nieuwe straaljager, want dat levert werkgelegenheid op. En werkgelegenheid is goed voor de economie.
Van welk type argumentatie is sprake?
Standpunt
Argument 1
Argument 2
A
Argumentatie op basis van vergelijking
B
Argumentatie op basis van voor- en nadelen.
C
Argumentatie op basis van autoriteit
D
Argumentatie op basis van voorbeelden

Slide 3 - Quizvraag

Het wordt warmer op aarde en dat komt door het broeikaseffect.

Welk argumentatieschema wordt hier gebruikt?
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
C
argumentatie op basis van een kenmerk
D
argumentatie op basis van voor- en nadelen

Slide 4 - Quizvraag

Het Nederlands verloedert want jongeren gebruiken steeds meer Engelse woorden als spam, hacken, gamen, cool, relaxed en chill.
Welk argumentatieschema wordt hier gebruikt?
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
C
argumentatie op basis van een kenmerk
D
argumentatie op basis van voor- en nadelen

Slide 5 - Quizvraag

Volgens zijn arts heeft hij bloedarmoede. Hij had namelijk allerlei symptomen die er op wijzen: last van vermoeidheid, duizeligheid en hoofdpijn..
Welk argumentatieschema wordt hier gebruikt?
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
C
argumentatie op basis van een kenmerk
D
argumentatie op basis van voor- en nadelen

Slide 6 - Quizvraag

3 vormen van argumenteren
  1. Enkelvoudige argumentatie
  2. Nevenschikkende argumentatie
  3. Onderschikkende argumentatie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Bij enkelvoudige argumentatie onderbouw je je standpunt met één argument.

Slide 9 - Tekstslide

Bij nevenschikkende argumentatie vormen twee deelargumenten samen een argument. De argumenten onderbouwen samen het standpunt.

Slide 10 - Tekstslide

Bij onderschikkende argumentatie ondersteunt een argument een ander argument.

Slide 11 - Tekstslide

Ik stem niet op de PVV. Ik vind Wilders een slecht politicus. Hij zegt wel wat hij gaat doen, maar niet hoe.
Ik stem niet op de PVV.
[want]
Ik vind Wilders een slecht politicus.
[omdat]
Hij zegt wel wat hij gaat doen, maar niet hoe.
Dit is de stelling.
Dit is een enkelvoudig (hoofd)argument.
Dit is onderschikkende argumentatie bij het hoofdargument.

Slide 12 - Tekstslide

Zet de argumentatie in een blokjesschema

Uit onderzoek van California State University blijkt dat intensief gebruik van sociale media kan leiden tot een persoonlijkheidsstoornis. Het lijkt me daarom een goed idee om minder tijd te besteden aan Facebook. Bovendien zijn er leukere dingen in het leven dan selfies posten.
timer
3:00

Slide 13 - Tekstslide

Standpunt
Argument 1
Argument 2
Uit onderzoek van California State University blijkt dat intensief gebruik van sociale media kan leiden tot een persoonlijkheidsstoornis.
Het lijkt me daarom een goed idee om minder tijd te besteden aan Facebook.
Bovendien zijn er leukere dingen in het leven dan selfies posten.

Slide 14 - Sleepvraag

In de vorige dia was er sprake van welke argumentatiestructuur?
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Nevenschikkende en onderschikkende argumentatie

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Eerst was ik tegen kernenergie
  • Lees de tekst
  • Bepaal hoe het argumentatieschema eruit ziet
  • Vul dan alle argumenten in het schema in

Slide 19 - Tekstslide

Let op signaal- woorden!

Slide 20 - Tekstslide

Eerst was ik tegen kernenergie

Slide 21 - Tekstslide

Eerst was ik tegen kernenergie

Slide 22 - Tekstslide