Literaire begrippen

Literaire begrippen
Leerdoel 1: je kent de literaire begrippen


1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Literaire begrippen
Leerdoel 1: je kent de literaire begrippen


Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kent de theorie van de literaire begrippen
  2. Je kunt de literaire begrippen toepassen op korte fragmenten, korte verhalen, of romans

Slide 2 - Tekstslide

Welke literaire begrippen ken je tot nu toe, noem alles wat je kent

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Manipulatietechnieken
Als een schrijver heel veel details beschrijft in een fragment noem je dat
A
Vertraging
B
Vooruitwijzen
C
Dwaalspoor
D
Overschakelen/Cliffhanger

Slide 5 - Quizvraag

Manipulatietechnieken
Als een schrijver niet genoeg details noemt, noem je dat
A
Vertraging
B
Vermoedens wekken
C
Achterhouden van informatie
D
Overschakelen/Cliffhanger

Slide 6 - Quizvraag

1

Slide 7 - Video

00:00
Noem de belangrijke
kernwoorden die je
daarnet gehoord hebt

Slide 8 - Woordweb

klik op de link

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
Bekijk het volgende fragment uit Karakter
Maak de vragen na het filmpje

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht
Analyseer het korte verhaal en gebruik daarvoor al je kennis wat betreft de literaire begrippen.
Gebruik je reader literatuur

Slide 11 - Tekstslide