§1.3 Beslissen we met z'n allen of namens ons allen?

Vorige week heb je onder andere geleerd welke drie grote ideologieën er zijn. Welke ideologie past het beste bij jou? Licht je antwoord toe
1 / 19
volgende
Slide 1: Open vraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vorige week heb je onder andere geleerd welke drie grote ideologieën er zijn. Welke ideologie past het beste bij jou? Licht je antwoord toe

Slide 1 - Open vraag

Leerdoelen
Je kunt herkennen in hoeverre het bestuur in een land voldoet aan de formele en informele kenmerken van een democratie.

Je kunt uitleggen hoe de volksvertegenwoordiging in Nederland is georganiseerd op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau.

Je kunt voor- en nadelen van indirecte en directe democratie benoemen en beargumenteren welke vorm van democratie jouw voorkeur heeft

Slide 2 - Tekstslide

Democratie
definitie
Institutie waarbij burgers politieke invloed kunnen uitoefenen en mee kunnen beslissen, al dan niet via gekozen volksvertegenwoordigers
Winston Churchill, 11 nov 1947
Many forms of Government have been tried, and will be tried in this world of sin and woe. No one pretends that democracy is perfect or all-wise. Indeed it has been said that democracy is the worst form of Government except for all those other forms that have been tried from time to time.…

Slide 3 - Tekstslide

4

Slide 4 - Video

01:07
Welke van de vier kenmerken van een rechtsstaat wordt hier ondermijnd?

Slide 5 - Open vraag

01:30
Hoe noemen we dit ook wel?
A
Legaliteitsbeginsel
B
Zelfcensuur
C
Opportuniteitsbeginsel
D
Censuur

Slide 6 - Quizvraag

01:59
Welke theorie is hierop het meest van toepassing?
A
Zondeboktheorie
B
Theorie van De Swaan
C
Rationelekeuze-theorie
D
Theorie van collectieve actie

Slide 7 - Quizvraag

03:23
Vind jij dat er op basis van de informatie uit dit fragment je kunt stellen dat Polen en Hongarije democratieën zijn? Licht je antwoord toe

Slide 8 - Open vraag

Formele kenmerken van Democratie
vrije en geheime verkiezingen
Rechtstatelijke beginselen
Vrije media

Slide 9 - Tekstslide

Informele kenmerken

Politieke cultuur & Democratische waarden

Slide 10 - Tekstslide


Directe democratie




referendum/
volkstemming
indirecte democratie
Deze indirecte democratie wordt ook wel parlementaire democratie genoemd
Hoe zouden we er nu voor kunnen zorgen dat het in Nederland niet zo ver komt? Een directe democratie: bindende referenda

Slide 11 - Tekstslide

Je hebt in de uitleg al een aantal voordelen van bindende referenda gehoord. Noem 2 voordelen en 2 nadelen van bindende referenda

Slide 12 - Open vraag

Organisatie van onze indirecte democratie
art.51 GW
Dagelijks bestuur
Volksvertegenwoordiging
150 leden Tweede Kamer + 75 leden Eerste kamer. Eens in de 4 jaar gekozen door het volk
Taken:
- Controleren van het dagelijks bestuur
- (mede)wetgeven
De regering (ministers + staatshoofd) is volgens de grondwet verantwoordelijk voor het bestuur van ons land. In de praktijk komt het echter neer op het kabinet (ministers + staatssecretarissen). 
Benieuwd hoe de situatie ivm het Corona-virus inmiddels in Hongarije aangegrepen wordt? Bekijk dit artikel maar eens, de noodwet is inmiddels aangenomen

Slide 13 - Tekstslide

Organisatie Rijk-Provincie-Gemeente

Slide 14 - Tekstslide

Volksvertegenwoordiging
Dagelijks bestuur
Gemeenteraad
Provinciale Staten
College van B&W
Gedeputeerde Staten
Regering
Staten Generaal
Parlement
Kabinet

Slide 15 - Sleepvraag

Aan het begin van deze les zagen we een fragment over 'de Frankenstaat'. Denk jij dat dit Nederland ook zou kunnen overkomen? Licht je antwoord toe

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
Je kunt herkennen in hoeverre het bestuur in een land voldoet aan de formele en informele kenmerken van een democratie.

Je kunt uitleggen hoe de volksvertegenwoordiging in Nederland is georganiseerd op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau.

Je kunt voor- en nadelen van indirecte en directe democratie benoemen en beargumenteren welke vorm van democratie jouw voorkeur heeft

Slide 18 - Tekstslide

Planner
Bekijk de planner voor je huiswerkopdrachten

Slide 19 - Tekstslide