In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Thema 5
Basisstof 4
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen basisstof 4
Je kunt benoemen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
Je kunt benoemen dat de genetische variatie toeneemt door spontane mutaties.
Je kunt omschrijven wat kanker is.
Slide 2 - Tekstslide
DNA
Bevat informatie voor hoe je eruitziet en voor het functioneren van je organen en cellen.
Voor elke eigenschap en elk proces zijn een of meer genen nodig.
Slide 3 - Tekstslide
DNA-sequentie
Volgorde van de basenparen
DNA-sequentie bevat informatie over vormen van een eiwit (bijv. melanine -> pigment in huid en ogen)
Slide 4 - Tekstslide
Genexpressie
Genen bevatten informatie voor maken van eiwitten en regelen processen.
Eiwitten bepalen kleur, werking, vorm van je lichaam
DNA-volgorde (sequentie) van een gen bevat het recept voor het maken van een eiwit
Slide 5 - Tekstslide
Transcriptie
Wanneer een gen in een cel tot uiting komt (genexpressie) wordt de DNA-sequentie (recept) van dat eiwit afgelezen en verwerkt -> Eiwitsynthese (samenstellen).
Het aflezen heet transcriptie
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Ribosomen
De afgelezen kopie heet RNA
Het RNA wordt in het ribosoom (eiwitfabriekje in de cel) vertaald naar het juiste eiwit.
Slide 8 - Tekstslide
Eiwitsynthese
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Wat moet je onthouden?
DNA-sequentie ; volgorde basenparen
Transcriptie ; vorming van RNA
Eiwitsynthese ; RNA wordt gebruikt om eiwitten te maken.
Slide 14 - Tekstslide
Medische toepassing; DNA-microarray
Slide 15 - Tekstslide
Spontane mutatie
Bij elke celdeling worden chromosomen gekopieerd
Fouten in kopie zorgen voor verandering basenvolgorde
Mutatie in geslachtscel of tijdens ontwikkeling embryo zorgt ervoor dat dit in alle lichaamscellen terecht komt