Les 11 Heleen

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Billy Billy Bob

Slide 2 - Tekstslide

IMPROVISATIEOEFENING; BILLY, BILLY BOB
Doel van de oefening
Plezier vinden in het maken van fouten (faalplezier), waardoor het makkelijker wordt om risico's te nemen bij improviseren en leren.
Spelregels
Alle deelnemers staan in een kring. A staat in het midden. Hij kijkt een deelnemer (B) aan en roept 'Billybillybop'. B moet, voordat A is uitgesproken 'Bop' roepen. Is hij (B) te laat, dan is hij af en wisselt hij met A.
Het doel van A is dus om B een fout te laten maken. Na een aantal rondes waarbij dit gebeurt door het roepen van 'Billybillybop' door A, komen er nieuwe mogelijkheden bij. Het spel wordt daarbij steeds moeilijker en daarmee leuker: er worden namelijk steeds meer fouten gemaakt!
Coach de deelnemers op faalplezier en het nemen van risico's. Eventueel kun je de strategieën die genomen worden om het maken van fouten te vermijden met de groep bespreken.
Naast het roepen van 'Billybillybop' heeft A nog extra mogelijkheden. In plaats van 'Billybillybop kan hij ook:
'Bop' roepen. B moet nu niet reageren. Zegt B per ongeluk toch 'bop', dan is hij af.
'Olifant' roepen. B maakt met zijn twee buren een olifant. B maakt een 'slurf', door met zijn rechterarm zijn neus te pakken en zijn linkerarm erdoorheen te steken. De twee buren van B beelden met hun armen de oren van de olifant uit. Dit (en ook de volgende mogelijkheden) moet binnen drie seconden gelukt zijn, anders is B af. A telt na het roepen van 'olifant' hardop tot drie. B is altijd degene die af is, ook al maken zijn buren de fout.
'Broodrooster' roepen. B springt omhoog als een bijna verbrande boterham en roept 'ping!'. De buren van B strekken hun arm voor en achter de springende boterham, zij beelden de broodrooster uit.
'James Bond' roepen. B is James Bond (met zijn armen over elkaar heen en een 'pistool' langs zijn neus). De buren van B zijn de 'Bondgirls', ze buigen naar James en roepen met hoge stem: 'oooh James'.
2 waarheden, 1 leugen
timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Studenten krijgen pen en papier. Hier krijgen ze een paar minuutjes om twee waarheden en één leugen op te schrijven.
Optie 1:
In groepjes in gesprek gaan en één op één iemand aan de beurt te laten zijn, waarbij ze erachter moeten komen d.m.v. vragen stellen wat de leugen is. Diegene die aan de beurt is, moet dus een zo goed mogelijke pokerface laten zien en acteren, zodat de leugen niet gevonden wordt.
Optie 2:
Klassikaal. Eén iemand is aan de beurt en noemt zijn geschreven zinnen op. Daarna mogen de andere klasgenoten twee minuten vragen stellen, om erachter te komen wat de leugen is. Vervolgens mag iedereen één voor één raden. Diegene die aan de beurt is krijgt punten voor het aantal studenten wat het niet goed had. Diegene die aan de beurt is moet dus een soort van toneelspelen, zodat de anderen er niet achter komen.
Aan het einde kijken wie er gewonnen heeft.

Uitbeelden
De schoonmakers van het ROC van Twente vinden soms de gekste dingen en laten deze dan achter bij de 'Gevonden Voorwerpen' van het ROC van Twente. 

Kunnen jullie ze zo snel mogelijk uitbeelden en raden ?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Toetsenbord

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Efteling

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Strijkijzer

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Ringvinger

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BurgerKing

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vliegveld

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Koffer

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koekjestrommel

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Armband

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 17 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Ik ga op reis en neem mee...

Slide 18 - Tekstslide

Ik ga op reis en neem mee...
tandenborstel, slippers... etc

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies