Les 1 Heleen

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
loopbaanbeleidingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Voorstelrondje
Waar denk je aan bij dramalessen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom drama?
  • Zelfvertrouwen vergroten
  • Uit je comfortzone
  • Creatief/ out of the box leren     denken
  • Communicatievaardigheden
  • Presentatievaardigheden
  • Plezier met elkaar
  • Fouten durven maken
  • Samenwerken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken 
  1. Respectvol met elkaar omgaan! We lachen elkaar toe, nooit uit!
  2. Je mag passen.
  3. Er is geen goed of fout.
  4. Probeer je tegenspeler niet te blokkeren, we probeer elkaar te helpen als we er niet uitkomen.
Plezier met elkaar :-)

Slide 5 - Tekstslide

Afspraken benoemen. 
Vervolgens samen met studenten nog bekijken of er afspraken bij moeten komen. Vanuit student laten komen. 
Geen ja, geen nee, geen uhh

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg: 
Studenten zitten in de kring. Vervolgens wordt er één iemand uitgekozen die geen ja/nee/(later 'uhh' toevoegen) mag zeggen.  Deze persoon gaat op de stoel in de klas zitten.
De overige studenten gaan vragen stellen en zodra de student ja/nee/uhh zegt wordt er gewisseld van student. 
Begin eerst met ja/nee, als dit erg goed gaat kun je uhh toevoegen.

Tijd:
ongeveer 20 min
Billy Billy Bob

Slide 7 - Tekstslide

IMPROVISATIEOEFENING; BILLY, BILLY BOB
Doel van de oefening
Plezier vinden in het maken van fouten (faalplezier), waardoor het makkelijker wordt om risico's te nemen bij improviseren en leren.
Spelregels
Alle deelnemers staan in een kring. A staat in het midden. Hij kijkt een deelnemer (B) aan en roept 'Billybillybop'. B moet, voordat A is uitgesproken 'Bop' roepen. Is hij (B) te laat, dan is hij af en wisselt hij met A.
Het doel van A is dus om B een fout te laten maken. Na een aantal rondes waarbij dit gebeurt door het roepen van 'Billybillybop' door A, komen er nieuwe mogelijkheden bij. Het spel wordt daarbij steeds moeilijker en daarmee leuker: er worden namelijk steeds meer fouten gemaakt!
Coach de deelnemers op faalplezier en het nemen van risico's. Eventueel kun je de strategieën die genomen worden om het maken van fouten te vermijden met de groep bespreken.
Naast het roepen van 'Billybillybop' heeft A nog extra mogelijkheden. In plaats van 'Billybillybop kan hij ook:
'Bop' roepen. B moet nu niet reageren. Zegt B per ongeluk toch 'bop', dan is hij af.
'Olifant' roepen. B maakt met zijn twee buren een olifant. B maakt een 'slurf', door met zijn rechterarm zijn neus te pakken en zijn linkerarm erdoorheen te steken. De twee buren van B beelden met hun armen de oren van de olifant uit. Dit (en ook de volgende mogelijkheden) moet binnen drie seconden gelukt zijn, anders is B af. A telt na het roepen van 'olifant' hardop tot drie. B is altijd degene die af is, ook al maken zijn buren de fout.
'Broodrooster' roepen. B springt omhoog als een bijna verbrande boterham en roept 'ping!'. De buren van B strekken hun arm voor en achter de springende boterham, zij beelden de broodrooster uit.
'James Bond' roepen. B is James Bond (met zijn armen over elkaar heen en een 'pistool' langs zijn neus). De buren van B zijn de 'Bondgirls', ze buigen naar James en roepen met hoge stem: 'oooh James'.
Het verborgen woord

Slide 8 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Ringvinger

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koffiebonen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sinterklaascadeau

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 12 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Airconditioning

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Winterjas

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Balkon

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 16 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Kerstvakantie

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trouwen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

McDonalds

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 20 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Theeglas

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laptop

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Winkelwagentje

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verborgen woord

Slide 24 - Tekstslide

Uitleg:
Er zitten twee studenten met hun gezicht naar het scherm, de andere studenten draaien zich om en kijken naar de muur. Zij krijgen pen en papier.

De twee studenten bij het scherm beginnen met elkaar een gesprek, zij moeten er voor zorgen dat de woorden die ik op het scherm laat zien, in hun verhaal verwerken. Ze moeten dus improviseren en zich inleven in het gesprek.
De andere studenten mogen ondertussen de woorden opschrijven waarvan zij denken dat deze op het scherm stonden en erin verwerkt moesten worden. De verborgen woorden dus. Geef aan dat er 3 verborgen woorden inzitten, maar dat ze er 6 op mogen schrijven, zodat ze iets meer kans hebben. 

Uiteindelijk bespreek je hoe de studenten in het gesprek het hebben ervaren, hen complimenteren etc., en ga je over naar het raden van de woorden.

Vervolgens laat je 2 nieuwe studenten in gesprek gaan en doe je hetzelfde opnieuw. 
Hoe vond je de eerste les?

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Bedankt voor je inzet!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies