diabetes en insuline injecteren

Diabetes herhalingsles
inhoud
lesson up herhaling theorie diabetes
voorbereiding presentaties (7 min0
presentaties 
pauze
opdracht lesweek 5 maken
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Diabetes herhalingsles
inhoud
lesson up herhaling theorie diabetes
voorbereiding presentaties (7 min0
presentaties 
pauze
opdracht lesweek 5 maken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesdoelen
Wat zijn gevolgen op termijn van (ongereguleerde) diabetes?
Waarom is het belangrijk om bij een patiënt met beginnende diabetes mellitus type 2 leefstijlaanpassingen aan te raden?
Wat zijn aandachtspunten voor het insuline injecteren?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is jouw leerdoel voor deze les?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de
officiële
benaming van suikerziekte?
timer
0:10
A
Diabetes Type
B
Diabetes Expectus
C
Diabetes Naxon
D
Diabetes Mellitus

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type diabetes
is acuut
afhankelijk van insuline
timer
0:10
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eilandjes van langerhans
Alvleesklier maakt hormonen 
  • insuline - verlaagt glucose in het bloed
  • glucagon - verhoogt glucose gehalte in het bloed. 


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

elke 2 uur uw glucose meten en zo nodig bijspuiten met kortwerkende insuline. 4 staat voor: bij glucosewaarden tussen 15 – 20: 4 eh snelwerkende insuline bijspuiten. 6 staat voor: bij glucosewaarden boven 20: 6 eh snelwerkende insuline bijspuiten.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

complicatie acute fase
* Diabetische ketoacidose (DKA): Een levensbedreigende complicatie, vooral bij diabetes type 1, waarbij het lichaam vetten afbreekt voor energie, wat leidt tot de vorming van ketonen en verzuring van het bloed.
*  Hyperosmolaire hyperglykemische status (HHS): Voornamelijk bij diabetes type 2. Extreem hoge bloedsuikerwaarden zonder ketonen, maar met ernstige uitdroging.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Insuline en Glucagon
Insuline: 
  • Hormoon dat een belangrijke rol speelt bij de glucose waarde.
  • Een tekort of geen aanmaak leidt tot diabetes.
  • Wordt aangemaakt in de alvleesklier.

Glucagon:
  • Hormoon dat wordt gemaakt in de alvleesklier, verhoogt glucose in het bloed.
  • Verhoogt de bloedsuikerspiegel als deze daalt. 
  • Word aangemaakt in de alvleesklier

 


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk orgaan
maakt insuline aan?
timer
0:10
A
Lever
B
Galblaas
C
Nieren
D
Alvleesklier

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de normaal waarde van
bloedsuiker wanneer je
geen diabetes mellitus hebt?
timer
0:10
A
tussen 4 en 8 mmol
B
tussen 4- 10 mmol
C
tussen 4- 6 mmol
D
tussen 4 -15 mmol

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat geef je iemand die een hypo heeft?
A
water
B
limonadesiroop

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nu gaan we verder met de vragen over de vaardigheid "insuline toedienen met een insulinepen"

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk gebied is minder geschikt als injectiegebied?
A
Billen
B
Bovenarm

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

waar of niet waar:
Spuitplekken heet ook wel "Lipodystrofie"
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn aandachtspunten voor het injecteren?
A
een insulinepen is voor strikt individueel gebruik
B
injecteer nooit in een beschadigde huid
C
schud de insulinepen met troebel insuline minstens 10x
D
door minimaal 2 eenheden weg te spuiten controleer je de insulinepen en de naald

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

lesdoel behaald?
Wat zijn gevolgen op termijn van (ongereguleerde) diabetes?
Waarom is het belangrijk om bij een patiënt met beginnende diabetes mellitus type 2 leefstijlaanpassingen aan te raden?
Wat zijn aandachtspunten voor het insuline injecteren?
jouw eigen lesdoel ook ???

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vonden jullie van deze lessonUp?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Deze slide heeft geen instructies