H6.3 Accijns, loonbelasting, gemeente belasting

BELASTINGEN
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

BELASTINGEN

Slide 1 - Tekstslide

heffingen lagere overheden

Slide 2 - Woordweb


Directe belasting:


loonbelasting

vermogenbelasting

winst-belasting

gemeentelijke belastingen


(gelijk betaald aan de overheid)


Indirecte belasting:


btw

accijns




(via de winkels)

Slide 3 - Tekstslide

6.3 Waar doet de overheid het van? (deel 2)
Brutoloon

Slide 4 - Tekstslide

6.3 Waar doet de overheid het van? (deel 2)
Brutoloon
Premies volksverzekeringen (gebruikt voor betalen van uitkeringen

Slide 5 - Tekstslide

6.3 Waar doet de overheid het van? (deel 2)
Brutoloon


Premies volksverzekeringen (gebruikt voor betalen van uitkeringen
Loonbelasting

Slide 6 - Tekstslide

Brutoloon


Premies volksverzekeringen (gebruikt voor betalen van uitkeringen
Loonbelasting
Nettoloon (krijg je op je rekening gestort

Slide 7 - Tekstslide

6.3 Waar doet de overheid het van? (deel 2)
3. Gemeentelijke belastingen
  • ozb -> onroerendezaakbelasting voor huiseigenaren
  • bijv. afvalstoffenheffing, rioolrechten voor iedereen
  • hondenbelasting als je een hond hebt.

Slide 8 - Tekstslide

accijns & subsidie
Accijns:
Extra belasting op tabakswaren, olie en alcohol.
Doel: Minderen van de consumptie.

Subsidie:
Extra tegemoetkoming op sommige producten en diensten.
Doel: Laten toenemen van de consumptie.

Slide 9 - Tekstslide

Loon
belasting
Winst
belasting
Vermogenbelasting
Gemeentebelasting
Motor
belasting

Slide 10 - Sleepvraag

Wat is afvalstoffenheffing?
A
Een gemeentelijke belastingen voor verbouwingen
B
Een gemeentelijke belasting voor het inzamelen van huisvuil
C
Een provinciale belasting voor ophalen huisvuil
D
Een regeling voor het lozen van je frituurvet in de sloot

Slide 11 - Quizvraag

Wat is OZB?
A
ontzettende baardenbelasting voor mensen met een baard
B
Onroerende zaken bouwen.Belasting voor gebouwen met 3 verdiepingen
C
Onroerend zaak belasting. Belasting over de waarde van de woning voor huiseigenaren
D
Een belasting meevaller

Slide 12 - Quizvraag

Wat is precariobelasting?
A
Belasting voor het maken van reclame binnen de gemeente
B
Belasting voor het hebben van een website
C
Belasting voor voorwerpen in of boven de grond, uithangbord
D
Belasting voor een tweede locatie van een ondernemer

Slide 13 - Quizvraag

Ik woon in Arnhem en verblijf twee dagen in Arnhem, moet ik dan toeristenbelasting betalen?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Als ik meer dan 60 keer per jaar in een andere gemeente verblijf dan waar ik ingeschreven sta, betaal ik forensenbelasting
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Waterschapsbelasting wordt geheven door?
A
De gemeente
B
De waterschappen
C
De provincie
D
Het Rijk

Slide 16 - Quizvraag

in elke gemeente in Nederland betaal je hondenbelasting
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

De gemeentelijke belastingen kunnen per gemeente verschillen
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

De betaling met opcenten heeft te maken met het profijtbeginsel
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

Gemeente belasting is een directe belasting?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Bij hondenbelasting is de hond de belastingplichtige
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

OZB betaal je op basis van de WOZ waarde van de woning?
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Deze les
1. Doelen van deze les
2. Klassikale bespreking
3. Stiltekwartier
4. Toepassing
5. Werken
6. Afsluiting

Slide 23 - Tekstslide

Deze les
1. Doelen van deze les
2. Klassikale bespreking
3. Stiltekwartier
4. Toepassing
5. Werken
6. Afsluiting

Slide 24 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 25 - Tekstslide

De overheid is overbodig.
A
eens
B
oneens

Slide 26 - Quizvraag

De overheid bestaat alleen uit het rijk en de provincies, juist of onjuist?
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Loon
belasting
Winst
belasting
Vermogenbelasting
Gemeentebelasting
Motor
belasting

Slide 28 - Sleepvraag


Schrijf 3 dingen op die je
deze les hebt geleerd

Slide 29 - Open vraag


Stel 1 vraag over iets dat je deze
les nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 30 - Open vraag

Begrippen uit deze les

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk
§

Slide 32 - Tekstslide

Opruimen!!
Stop je spullen in je tas.
Als de bel gaat blijf je zitten
De docent zegt als je weg mag gaan. Schuif dan je stoel aan

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video

Slide 37 - Video