Herhaling

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Les voor de toets

herhaling

Lichtbronnen

Een voorwerp dat zelf licht geeft, noem je een lichtbron. 

De zon en de sterren zijn natuurlijke lichtbronnen. 

Kaarsen, lampen en tl-buizen zijn kunstmatige lichtbronnen. Kunstmatige lichtbronnen zijn door de mens gemaakt.

Het kleurenspectrum

Het witte zonlicht bestaat uit alle kleuren van de regenboog. Dat zie je als je zonlicht op een prisma laat vallen, zoals in de opstelling van volgende afbeelding. 

Op het scherm is dan een reeks kleuren te zien: rood, oranje, geel, groen, blauw en violet. Zo’n reeks kleuren wordt een spectrum genoemd. 

 

Je kunt de verschillende kleuren licht ook weer samenvoegen. Je krijgt dan weer wit licht.

Gekleurde voorwerpen zien

Overdag worden de dingen om je heen door de zon verlicht. Je ziet de wereld om je heen dan in kleur. Die kleuren ontstaan doordat veel voorwerpen maar een deel van het zonlicht terugkaatsen. Een gele trui weerkaatst vooral geel licht, een rode trui vooral rood licht, een blauwe trui vooral blauw licht, enzovoort. Het licht dat niet wordt teruggekaatst, wordt geabsorbeerd (= opgenomen). Het licht wordt daarbij omgezet in warmte.

Subtractieve kleurmenging

Werkt als een filter. Een mooi voorbeeld is hierbij inkt waar met 3 primaire kleuren (basiskleuren) veel andere kleuren kunnen worden gemaakt.

Hierbij zijn de primaire kleuren:

 Cyaan

 Magenta

 Geel

Additieve kleurmening

Hierbij worden kleuren aan elkaar toegevoegd om meer een witkleur te krijgen. Denk hierbij aan je telefoon/computer/laptop (beeldschermen).

Hierbij zijn de primaire kleuren:
Rood

Groen

Blauw

Lichtstralen

Lichtstralen tekenen we als rechte lijnen met een pijltje in de richting waarin het zich voortplant.

Schaduw

De schaduw is het gebied waar de lichtstralen niet kunnen komen.

Aan de rand van de schaduw komen licht en schaduw tegen elkaar.

De lichtstralen die nog net langs de tafel gaan, heten de randstralen.

Schaduw tekenen

Schaduw met twee lichtbronnen 

Direct / indirect licht

Indirect licht ontstaat door reflectie. Het licht weerkaatst tegen een ondoorschijnend vlak. 

Diffuus licht

Diffuus licht ontstaat door verstrooiing. Het licht verandert van richting als het door een doorschijnend materiaal beweegt.

Spiegelende terugkaatsing

Een lichtbundel die uit één richting komt, wordt onder de zelfde hoek teruggekaatst.

Diffuse terugkaatsing

De  lichtbundel kaatst naar alle kanten terug.

De spiegelwet: ∠ i =∠ t

Spiegelbeeld

Doordat het licht van achter de spiegel lijkt te komen, zie je in de spiegel een tweede kaars. 

Gezichtsveld

Waarom heeft geld fluorescerende inkt?

Zonnebrandcrème

Beschermingsfactor geeft aan hoeveel langer je in de zon kunt blijven.

Zonder crème 5 minuten lang zonnen

5 x 50 = 250 minuten lang zonnen

3 soorten ultraviolet

Uv-A

Uv-B

Uv-C