Test je kennis over de sociale zekerheid

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
JuridischMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Anne werkt in vaste dienst bij een restaurant. Zij breekt haar been. Het is een gecompliceerde breuk en zij moet zeker een half jaar revalideren. Wie betaalt haar salaris?
A
de Ziektewet
B
de werkgever
C
de Wmo
D
de Participatiewet

Slide 2 - Quizvraag

Mevrouw Janssen is ernstig en langdurig ziek en moet worden opgenomen in een verzorgingshuis. Eerst moet zij een aanvraag indienen via de Wlz. Welke organisatie zorgt er voor de indicatie?
A
de huisartsenpraktijk
B
het CAK
C
het CIZ
D
een deskundige

Slide 3 - Quizvraag

Uit welke onderdelen bestaat de zorgverzekering in ieder geval?
A
een basisverzekering en een eigen risico
B
een basisverzekering en een eigen bijdrage
C
een standaard-verzekering en een eigen risico
D
een aanvullende verzekering en een eigen bijdrage

Slide 4 - Quizvraag

Joy heeft problemen met haar gezondheid. Het lukt haar niet meer om te douchen zonder hulpmiddelen. Via welke instantie en welke wet kan zij mogelijk beugels in de badkamer krijgen, om zo goed te kunnen douchen?
A
de provincie en de Wmo
B
het CIZ en de Wlz
C
de gemeente en de Wazo
D
de gemeente en de Wmo

Slide 5 - Quizvraag

Henk heeft heel speciale glazen in zijn bril omdat hij nog maar 30% ziet. De zorgverzekeraar vergoedt deze glazen voor een deel, maar het grootste deel moet Heiko zelf betalen. Hij heeft een baan met een salaris dat net op het sociale minimum ligt. Via welke wet kan Henk mogelijk nog wat vergoed krijgen?
A
Bijstand
B
Wmo
C
WW
D
Bijzondere bijstand

Slide 6 - Quizvraag

Een persoonsgebonden budget is bedoeld om:
A
extra kosten die je maakt voor zorg te vergoeden
B
zelf de zorg die via Wmo of Wlz geregeld is in te kopen
C
via de bijzondere bijstand te zorgen dat je extra inkomsten krijgt
D
ervoor te zorgen dat je niet meer uitgeeft dan nodig is

Slide 7 - Quizvraag

Jill is zwanger. Zij is in dienst bij een grote doe-het-zelfzaak. Zij wil weten hoe haar zwangerschapsverlof geregeld moet worden. Via welke wet wordt dit verlof vergoed?
A
Wet maatschappelijke ondersteuning
B
Wet langdurige zorg
C
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
D
Wet arbeid en zorg

Slide 8 - Quizvraag

Welke stelling is juist:

I Als mensen spreken over de bijstand, bedoelen ze eigenlijk de Participatiewet.
II De Wet langdurige zorg wordt uitgevoerd door het CIZ.
A
Stelling I is juist
B
Stelling II is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Op een loonstrookje staan de volgende zaken (meerdere antwoorden mogelijk):
A
brutoloon
B
tertiair loon
C
verzamelinkomen
D
nettoloon

Slide 10 - Quizvraag

Het onderdeel pensioen op een loonstrookje bestaat onder andere uit:
A
algemene pensioenpremies
B
premie ter voorkoming van arbeidsongeschiktheid
C
premie voor ouderdoms- en nabestaandenpensioen
D
premie voor de Zorgwet

Slide 11 - Quizvraag