In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
De waarde van werk
Basisbehoefte
Financiële zekerheid
Eigenwaarde
Sociale functie
Maatschappelijke functie
Minder sociale problemen
Slide 1 - Tekstslide
Basisbehoefte
Slide 2 - Woordweb
Financiële zekerheid
Slide 3 - Woordweb
Eigenwaarde
Slide 4 - Woordweb
Sociale functie
Slide 5 - Woordweb
Maatschappelijke functie
Slide 6 - Woordweb
Minder sociale problemen
Slide 7 - Woordweb
Maak een top 5 van deze waarden.
Slide 8 - Open vraag
Arbeidscontract
Naam en woonplaats van jou en je werkgever;
De plaats waar je gaat werken (standplaats);
Je functie;
De datum van indiensttreding;
De duur van de overeenkomst (bepaalde of onbepaalde tijd);
Je recht op vakantie;
De opzegtermijn;
Je loon;
Voor hoeveel uur je komt werken: de arbeidsduur;
De cao- en pensioenregeling die mogelijk van toepassing is;
De bedrijfsregeling die mogelijk van toepassing is.
Slide 9 - Tekstslide
Arbeidscontract
een eventuele proeftijd;
een concurrentiebeding of boetebeding;
een geheimhoudingsplicht;
andere afspraken die binnen het bedrijf gelden (lease-auto, reiskosten, ziektekostenregeling, kinderopvang, spaarregelingen, etc.).
Slide 10 - Tekstslide
Waar kun je terecht bij problemen op je werk?
Slide 11 - Open vraag
Wat is een CAO?
Slide 12 - Open vraag
Hoe vaak mag een werkgever je een tijdelijk contract geven?
Slide 13 - Open vraag
Loonstrookje
Slide 14 - Tekstslide
Loonstrookje
% bijzonder tarief
Percentage loonbelasting dat wordt berekend over de bijzondere beloningen en bepaalt de hoogte van de in te houden loonbelasting op bijvoorbeeld vakantiegeld, overwerk, uit te betalen vakantie-uren, etc.
De heffingskorting is een korting op de te betalen belasting. Deze korting mag je tegelijkertijd maar bij 1 werkgever of uitkeringsinstantie toepassen.
Slide 15 - Tekstslide
Loonstrookje
WW = werkeloosheid
WiA= WIA is de uitkering die u kunt aanvragen als u door ziekte niet of minder kunt werken (soms ook WAO = arbeidsongeschikt)
ZW = ziektewet
Zvw = zorgverzekeringswet
Slide 16 - Tekstslide
Loonstrookje
Slide 17 - Tekstslide
Loonstrookje
OP = ouderdomspensioen
Loonheffing is de volledige belasting en premies die (voorlopig) van je loon zijn ingehouden. Om welk bedrag het precies gaat, hangt af van de loonheffingstabel waar je in zit.
Slide 18 - Tekstslide
Loonstrookje
Slide 19 - Tekstslide
Loonstrookje
Arbeidskorting
Iedereen die werkt heeft recht op arbeidskorting. Dit is korting op je inkomstenbelasting en premie volksverzekering, waardoor je minder belasting en premies hoeft te betalen. Hoeveel korting je krijgt, hangt af van hoeveel je verdient.
Ziekengeld : De vergoeding van salaris tijdens ziekte.
Kilometervergoeding/reiskostenvergoeding
Loonheffing : De door werknemer te betalen belastingen.
Loon loonheffing : Over dit bedrag wordt de in te houden loonheffing (belasting) berekend. Dit is tevens het bedrag dat vermeld wordt op uw jaaropgave.
Brutoloon - sociale premies = nettoloon (het bedrag dat op je rekening wordt gestort)
Slide 20 - Tekstslide
Wat zijn primaire arbeidsvoorwaarden?
Slide 21 - Open vraag
Wat zijn secundaire arbeidsvoorwaarden?
Slide 22 - Open vraag
Primaire arbeidsvoorwaarden
Onder primaire arbeidsvoorwaarden valt het loon of salaris dat op afgesproken tijden op de rekening van de werknemer wordt gestort. Ook de wettelijk verplichte vakantietoeslag (minimaal 8%) hoort hier bij.
Slide 23 - Tekstslide
Secundaire arbeidsvoorwaarden
de vergoeding woon-werkverkeer
de bedrijfs- of leaseauto
verhuiskosten
studiefaciliteiten
abonnementen
dertiende maand
mogelijkheid tot thuiswerken
flexibele werktijden
Slide 24 - Tekstslide
Maak voor jezelf een top 3 van secundaire arbeidsvoorwaarden.
Slide 25 - Open vraag
Opdracht
Ga nu aan de slag met opdracht 1.2 + 2.1 waarbij je vacatures gaat vergelijken, cao's gaat vergelijken en je eigen loonbrief gaat analyseren.