Je zegt : zó.. die jas zal flink wat gekost hebben!
De ander hoort :
– Wat een mooie jas is dat!
– Die jas heb je bij een veel te duur adres gekocht!
– Jij bent veel te makkelijk met je geld.
– Ik zou willen dat ik ook zo’n jas had
– Die jas ziet er duur uit, maar ik vind hem eigenlijk niet mooi.