4.4 samenwerking en democratie

4. De wereld na de oorlog
4.4 Samenwerking en democratie


1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4. De wereld na de oorlog
4.4 Samenwerking en democratie


Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je uitleggen:

*  waarom Europa na WO2 steeds meer gaat samenwerken  
* wat de verschillen zijn tussen EGKS, EEG, Benelux en EU
* hoe Europa werkt

Slide 2 - Tekstslide

Maar eerst...
een quiz!


Slide 3 - Tekstslide

De Europese Unie heeft meer inwoners dan de Verenigde Staten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Waar! 
De EU heeft ongeveer 450 miljoen inwoners (voor de Brexit bijna 510 miljoen). 
De VS telt circa 300 miljoen inwoners.

Slide 5 - Tekstslide

Er zijn 25 landen lid van de EU
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Onjuist
De EU telt 27 landen
(voor de Brexit dus 28...)

Slide 7 - Tekstslide

Er worden in de EU 24 verschillende (officiële) talen gesproken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Inderdaad
Goed: De Europese Unie heeft 24 officiële talen: 
Bulgaars, Deens, Duits, Engels, Ests, Fins, Frans, Grieks, Hongaars, Iers, Italiaans, Kroatisch, Lets, Litouws, Maltees, Nederlands, Pools, Portugees, Roemeens, Sloveens, Slowaaks, Spaans, Tsjechisch en Zweeds. 

Deze talen worden gebruikt  bij alle officiële EU-aangelegenheden.

Slide 9 - Tekstslide

Noorwegen is lid van de EU
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Onjuist
 Noorwegen is geen lid van de EU. 

Noorwegen heeft ooit een aanvraag gedaan, maar de bevolking was hier tegen. Noorwegen heeft enorme inkomsten door de oliewinning.

Slide 11 - Tekstslide

Met de euro kun je in de hele EU betalen .
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Onjuist
Nee, dat kan niet in Bulgarije, Denemarken, Hongarije, Polen, Roemenië, Tsjechië en Zweden (10 van de 27 kunnen dat dus niet.) 

Op 1 januari 2007 is de euro ook in Slovenië het wettig betaalmiddel geworden. Op 1 januari 2008 volgden Cyprus en Malta, en op 1 januari 2009 werd de euro ook de officiële munt in Slowakije. Sinds 1 januari 2011 heeft ook Estland de euro ingevoerd. Sinds 1 januari 2014 doet ook Letland mee. Op 1 januari 2015 heeft ook Litouwen zich aangesloten bij de euro.

Slide 13 - Tekstslide

Engels is de voertaal die de ambtenaren van de EU gebruiken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Onjuist
Vaak wel, maar niet altijd. 

Het ligt aan het departement waar ze werken (en de taal van de eurocommissaris of hoge ambtenaren). Soms is dat Engels, soms Frans, soms Duits.

Slide 15 - Tekstslide

Aan de Champions League mogen alleen clubs uit de Europese Unie meedoen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Onjuist
Nee, clubs uit heel Europa, dus ook Noorwegen en Rusland (als ze de Oekraïne niet aanvallen), mogen meedoen aan de Champions League. 

Er doet zelfs een land van buiten Europa mee: Israël.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de hoogste berg in de EU?
A
Mount Everest
B
Mont Blanc
C
De Alpen
D
Mont Ventoux

Slide 18 - Quizvraag

B, de Mont Blanc

De Mont Blanc is met 4808,45 meter de hoogste berg in de Alpen. Het hoogste punt van de Mont Blanc bevindt zich in Frankrijk.

Slide 19 - Tekstslide

Welk Europees land heeft de meeste inwoners?
A
Frankrijk
B
Polen
C
Duitland
D
Rusland

Slide 20 - Quizvraag

Duitsland
Duitsland met ruim 82 miljoen inwoners. 
Polen heeft een kleine 40 miljoen en Frankrijk ruim 64 miljoen inwoners.
Rusland is geen EU land. 

Slide 21 - Tekstslide

Welke landen deden vanaf het begin mee aan de Europese Samenwerking?
A
België, Nederland en Luxemburg
B
België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland
C
België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg en Nederland
D
Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland

Slide 22 - Quizvraag

Korte uitleg bij paragraaf 4.4

Slide 23 - Tekstslide


Benelux

  • Nederland, België en Luxenburg vormen samen een gemeenschappelijke markt. Dit houdt in dat de landen samen invoertarieven hanteren, en onderling geen invoertarieven meer hebben

Slide 24 - Tekstslide

EGKS
België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland werkten vanaf 1951 samen in de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal 

Slide 25 - Tekstslide

  • De Benelux is een voorbeeld geweest voor de andere landen

  • In 1950 stelden Frankrijk en West-Duitsland voor om de gemeenschap voor kolen en staal (EGKS) op te richten.

  • Kolen en staal waren waren nodig om een leger te bouwen, daarom kwam de productie daarvan nu onder gemeenschappelijk toezicht

Slide 26 - Tekstslide


De EEG
  • In 1958 besluiten de EGKS-landen om hun samenwerking verder uit te breiden
  • Na voorbeeld van de Benelux kwam er een gemeenschappelijke markt
  • Het nieuwe verbond kreeg de naam: Europese Economische Gemeenschap (EEG)
  • Er werd een dagelijks bestuur ingesteld, de Europese Commissie

Slide 27 - Tekstslide

Groei van samenwerking

Slide 28 - Tekstslide


Raad van Europa
  • In 1949 richtten tien landen de Raad van Europa op

  • Vandaag zitten bijna alle landen van Europa in deze raad, dus niet alleen de landen van de Europese Unie

  • Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens moet bepalen of de lidstaten de mensenrechten naleven

Slide 29 - Tekstslide

Triomf van de democratie
  • Het ging na de oorlog erg goed met de democratische landen in Europa, ook Duitsland genoot van de welvaart
  • Het succes van de Duitse economie na de Tweede Wereldoorlog wordt ook wel het wirtschaftswunder genoemd
  • In de jaren '70 kregen ook Zuid-Europese landen een democratisch bestuur, daarom mochten ook zij toetreden tot de EEG
  • De EEG groeit later uit tot de Europese Unie

Slide 30 - Tekstslide

En Groot-Brittannië?

Slide 31 - Tekstslide

lesopdracht en huiswerk
Uitlegvideo kijken (15 minuten)
Quiz maken

Zie volgende dia's

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Link