- Je krijgt een A3 vel.
- Zet jezelf in het midden
- Daarom heen teken je cirkels met verschillende soorten sociaal netwerk. Voorbeelden hiervan zijn: ouders, vrienden, docenten, klasgenoten, sportclub etc.
- Binnen iedere cirkel schrijf je verschillende normen en waarden die je van het sociale netwerk hebt meegekregen.
- Je geeft aan welk sociaal netwerk tot de primaire socialisatie hoort.
- Je geeft aan welk sociaal netwerk tot de secundaire socialisatie hoort.