Hoofdstuk 2 Macht Les 3

Les 2 Macht
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 2 Macht

Slide 1 - Tekstslide

Aspecten van de voorsteling
Wat stelt het kunstwerk voor.
Aspecten van de vormgeving
= Hoe is het kunstwerk gemaakt.

Blikrichting
Kleding
Landschap
Accessoires
Gezichtsuitdrukking
Symbool
Houding

(boeren krijgen geen lekkers als geiten sikken hebben)



De 7 beeldaspecten:
- Kleur
- Ordening (of compositie)
- Ruimte (of ruimte suggestie)
- Licht
- Vorm
- Lijn
- Textuur

Materialen
Technieken 
Formaat

Slide 2 - Tekstslide

2. Hoog te paard
Vragen 11 t/m 20

Slide 3 - Tekstslide

Kikvorsperspectief

Slide 4 - Tekstslide

13. Bewegelijke indruk
Noem twee aspecten van de voorstelling die de beweging in het beeld suggereren. Leg je antwoord uit. 

Wat bedoelen ze hier mee?🤨

Voorstelling: De voorstelling is datgene wat zich afspeelt op het schilderij

Slide 5 - Tekstslide

Lijnrichting

Slide 6 - Tekstslide

Van der Pant

Marini

Slide 7 - Tekstslide

Noem twee verschillen in vormgeving. (Hoe is het kunstwerk gemaakt).
Noem twee verschillen in expressie. (Iets duidelijk maken, verbeelden)

Slide 8 - Tekstslide

VORM

Slide 9 - Tekstslide

3. Machtige gebouwen

Slide 10 - Tekstslide

Gulden snede
Over de gulden snede wordt in de architectuur vooral gesproken als men de verdeling van bouwdelen in de verhouding 8:5 toepast, wat visueel een evenwichtiger beeld kan geven. Een gulden rechthoek is een rechthoek met de verhouding lengte/breedte van 8:5.

Slide 11 - Tekstslide

Keramiek
Waar is keramiek van gemaakt?
Keramiek wordt gemaakt van zuivere minerale grondstoffen zoals klei en zand afkomstig van droge afzettingen.
Keramiek omvat traditioneel onder meer gebruiksgoed (zoals vazen en servies van aardewerk, porselein of steengoed), bouwmaterialen als tegels en bakstenen, maar ook (beeldhouw)kunst. Bij de kunstzinnige toepassing van keramiek gaat het veelal om vorm en kleur, waarbij de glazuurlaag een belangrijke rol speelt.

Slide 12 - Tekstslide

Triomfbogen

Slide 13 - Tekstslide

Classicisme is het teruggrijpen op de vormentaal van de Griekse en Romeinse (klassieke) oudheid. In de 15de en 16de eeuw nam men de klassieken voor het eerst op grote schaal als voorbeeld.

Slide 14 - Tekstslide

Licht & schaduw?
Licht en schaduw ontstaan als het licht van een lichtbron geheel of gedeeltelijk wordt tegengehouden
door een object.



Slide 15 - Tekstslide

Natuurlijke lichtbron
De lichtbron die het licht geeft is naturlijke aart. Denk aan de zon, de maan of vuur. 

Slide 16 - Tekstslide

Eigen schaduw
Eigen schaduw is de schaduw die op het object aanwezig is. Bijvoorbeeld: De zon schijnt op de woestijnduin; de ene kant van de woestijnduin is licht, de andere kant is donker.


Slide 17 - Tekstslide

Slagschaduw
Slagschaduw is de schaduw die een object "werpt" op een ondergrond of achtergrond.


Slide 18 - Tekstslide

Tegenlicht
De lichtbron bevindt zich tegenover je. Tegenlicht kan een romantische of dreigende sfeer veroorzaken. Dat komt door het grote contrast tussen licht en donker. Je ziet dan alleen de omtrek (silhouet) van iets.


Slide 19 - Tekstslide

Strijklicht
Licht dat onder een scherpe hoek over een oppervlak valt noemen we strijklicht. Het effect van strijlicht is dat onregelmatigheden in het oppervlak zichtbaar worden.

Slide 20 - Tekstslide