Lesson 5.2.2 Gerund + Can

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Friday, 14 March 2025
13 December 2024

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today 
  1. StudyGo! Words Lesson 5.2
  2. Reading 5.2 
  3. Grammar: Gerund + Can / Can't Cannot)
  4. (Home)work
  5. Looking back

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Aan het einde van deze les..
  1. .. weet je wanneer je 'Gerund' en  'can / can't'  moet gebruiken.
  2. .. heb je extra geoefend met de words & phrases van les. 5.2

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"Hospital"
use the words 5.2

Slide 5 - Woordweb

Aan welke woorden denk je bij het woord hospital?
Let's practise

Unit 5.2 In a Foreign hospital, page 62 (samen)

Exc. 14/15/16, page 61/62

Phrases, Lesson 5.2 , page 172
Exc. 21  page 66
timer
7:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 page 170
page 170

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerund, page 64
Please, take out your notebook

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's Lesson Goals  (Gerund)
  • Know how and when to use the gerund
  • Demonstrate understanding of Gerund 
  • Recognize the gerund in a sentence
  • Define a gerund

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerund
Een gerund (werkwoord + -ing) gebruik je als een zelfstandig naamwoord.
Je kunt een gerund gebruiken na werkwoorden als:




Love
I love travelling
Stop
They stopped seeing each other.
Start
Abigail always starts planning as soon as she gets homework.
Enjoy
They enjoy swimming.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Form: 
Werkwoord + ING

When do we use gerund?
gebruik je ...
 - als een zelfstandig naamwoord
- als onderwerp 
- na werkwoord

1. Gaming is fun!
2. I love singing.
3. They stopped seeing each other.
4. They enjoy swimming.
Gerund 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Jamie likes shopping.
A
Gerund
B
Niet gerund

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I am looking at you.
A
Gerund
B
Niet gerund

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


I couldn't resist .....those lovely shoes.
A
to buy
B
buying

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak deze zin af. Gebruik de gerund.

She enjoys ____________ stories. (to write)

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak deze zin af. Gebruik de gerund.

I am fond of ___________ . (to dance)

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak deze zin af. Gebruik de gerund.

______________ English is my greatest hobby. (to study)

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gerund?
  • Werkwoord als zelfstandig naamwoord.
Smoking is bad for you.
  • Na bepaalde werkwoorden zoals: enjoy, mention, keep, love, stop etc.
I enjoy reading a good book.

  • Na bepaalde uitdrukkingen zoals: 
can't stand, can't help, it's no use etc.
I can't help feeling sad.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Can / can't, page 65
Please, take out your notebook

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Can and Can't
  • You use can when something is possible.
  • When you ask if something is possible.
I can do a handstand.
Can you do a handstand?

  • You use can't / cannot when something is NOT possible.
I can't do a handstand.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

You're very lucky if you ......
play the piano.
A
Can
B
Can't

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

....... you swim well or just a little?
A
Can
B
Can't

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Help me, please! I ........
understand this question.
A
Can
B
Can't

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

........... you help us with cleaning the dishes? 
Mark ............ play guitar really well. 
A president  ............. release any criminal from jail. 
John .......... walk right now, because he broke his foot. 
 ..... you help us, Sir? 
can
can't

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Let's practise
Unit 5.2
Do:
Exc. 19 / 20, page 64/65



Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. (Home)work


Tuesday,  March 19th:
Maken:
  • Exc. 19 / 20, page 64/65
  • Practise More 5.2

Leren
  • words lesson 1+2 (p.170)
  • phrases lesson 2 (p.172)
  • Voor jezelf
  • In stilte
  • Tijd tot afsluiting van de les.
  • Muziek mag
  • Klaar? WRTS!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monday 17 March
Maken:
Exc. 14/15/16, page 61/62

Exc. 19 / 20, page 64/65
Exc. 21 page 66

Leren:
words lesson 1+2 (p.170)
phrases lesson 2 (p.172)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GERUND?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies