Spelling 1+2

Spelling 1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling 1

Slide 1 - Tekstslide

Spelling 1: accenten - HT
Soms moet je in een woord een accent schrijven. Er zijn drie soorten accenten:
Comité is een woord met een aigu. De klank krijgt de klemtoon
Voorbeelden: André, coupé, ik wil dát boek, moet je je vóórstellen

Scène is een woord met een grave. De klank wordt dichter.
Voorbeelden: misère, hè, blèren

Enquête is een woord met circonflexe. Deze woorden komen vaak uit het Frans
Voorbeelden: enquête, frêle, gêne

Slide 2 - Tekstslide

Crème is een woord met een
A
grave
B
aigu
C
circonflexe

Slide 3 - Quizvraag

oké is een woord met een
A
grave
B
aigu
C
circonflexe

Slide 4 - Quizvraag

gêne is een woord met een
A
grave
B
aigu
C
circonflexe

Slide 5 - Quizvraag

comité
misère
privé
treincoupé
café
scène
enquête
gêne
oké
crème
aigu
grave
circonflexe

Slide 6 - Sleepvraag

Zelfstandig werken
Maak blz. 4 (B en E mag je overslaan) 
Klaar? Spellingsmol (12*) en werkwoordpaard (18*)
Klaar? 3* grammaticaklussers
Klaar? TaalBlobs
Klaar? Spelling oefenen 2 pakketten (of taal oefenen)

Slide 7 - Tekstslide

Spelling 2

Slide 8 - Tekstslide

Spelling 2: klankgroepen (uitzonderingen)
De regels van de klankgroepen ken je al.
1. Klinkt hij kort, zorg dat hij verdubbeld wordt - relschopper
2. Klinkt hij lang, stuur een letter naar de gang - buurtbewoner
3. Twee tekenklank doe je niks mee - verdwijnen
4. Eindigt een woord op een lange klank, dan doe je niks - collega
5. Eindigt het op een e, dan schrijf je er twee - abonnee

Uitzonderingen: Bij sommige woorden kun je het niet goed horen, dan schrijf je het heel vaak als hanen!!
Adres, paniek, baron, talent, agressief, manier, plafond, patroon, wijkagent, agenda, slimmeriken, dreumesen


Slide 9 - Tekstslide

Oefenen
Kijk bij de weekwoorden op blz. 42 en kies daar steeds een woord uit

Slide 10 - Tekstslide

Ik schrok zo erg van een kikker en ik raakte in ...

Slide 11 - Open vraag

Veel kinderen uit deze klas hebben een .. voor tekenen.

Slide 12 - Open vraag

Wij gaan straks kaarten versturen naar dit ..

Slide 13 - Open vraag

De juf vindt het niet leuk als jullie .. naar elkaar.

Slide 14 - Open vraag

Ik staarde afgelopen nacht naar mijn

Slide 15 - Open vraag

Huiswerk staat altijd op de .. van het bord.

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig stil werken
Maak blz. 5 (C mag je overslaan) in je werkboek.
Klaar? Spellingsmol (12*) en werkwoordpaard (18*)
Klaar? 3* grammaticaklussers
Klaar? Spelletje

Slide 18 - Tekstslide