A2D P3 les 10 - CBZ (10-03-2021)

¡Bienvenidos!
Mevrouw de Cuba
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos!
Mevrouw de Cuba

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken online lessen

Slide 2 - Tekstslide

Preguntas 

Slide 3 - Tekstslide

Vocabulario : 
  • 5.1, 5.2, 5.3, 5.4, 5.5
  • Frases clave, vocabulario boekje 

Gramática 
  • samengestelde woorden nr. 14
  • vraagwoorden nr. 18
  • bijv nmw + kleuren nr. 10ab + 12
  • aanw voornaamwoord nr. 9
  • grote getallen actief t/m 100, passief alles (TB p.97)
  • hay ser estar nr. 29 + 30
  • werkwoorden ser tener llamarse + regelm ww presente nr. 25, 26, 28, 35 



Slide 4 - Tekstslide

El programa de hoy
  • Vocabulario 5.4 
  • Samengesteld zelfstandig naamwoord 
  • Conversación 4 y 5

Slide 5 - Tekstslide

Vocabulario 
Vertaal de volgende woorden
 van 5.3

1. se dice 
2. altijd
3. la mochila
4. op vakantie gaan
5. la falda 
6.  klein
7.  de sokken
8. llevar
9.  de sjaal 
10. más que 
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide




Sommige zelfstandige naamwoorden bestaan uit twee aparte woorden, bijvoorbeeld: vakantiehuis (vakantie + huis), zonnebril (zon + bril), kledingwinkel (kleding + winkel).

In het Nederlands zijn beide woorden aan elkaar, in het Spaans niet.In het Spaans gebruik je het voorzetsel ; om beide woorden te verbinden.

Let goed op de woordvolgorde.
  • Een vakantiehuis is een bepaald soort huis (casa). Het woord casa; komt eerst: una casa de vacaciones.
  • Een zonnebril is een bepaald soort bril (gafas). Het woord gafas; komt eerst: unas gafas de sol.
  • Een kledingwinkel is een bepaald soort winkel (tienda). Het woord tienda komt eerst: una tienda de ropa.



Voorbeelden: 

het vakantiehuis het huis = la casa
de vakantie = las vacaciones
la casa de vacaciones

de zonnebril de bril = las gafas
de zon = el sol
las gafas de sol

de kledingwinkel de winkel = la tienda
de kleding = la ropa
la tienda de ropa
     Samengesteld zelfstandig naamwoord 

Slide 7 - Tekstslide

Taaldorp - vanaf p.23 
Conversación 1:  En la tienda de ropa 
Conversación 2: En la librería 
Conversación 4: En la tienda de deportes
Conversación 5:  En la zapatería

Wat gaan we vandaag doen?
Conversación 4 y 5: En la tienda de deportes y en la zapatería 
Op p. 26  en 17 ga je het gesprek vertalen naar het Spaans. De zinnen staan in het Nederlands.  

Gebruik geen google translate  wel frases clave :) 





timer
30:00

Slide 8 - Tekstslide

tweetallen

Slide 9 - Woordweb

 los deberes
Leren: 
Vocabulario 5.4
Frases clave 4

Maken: 
  • Vertaling 5.4 (10 woorden in lessonup)
  • Conversación 4 y 5

Slide 10 - Tekstslide