Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak.
Zorg dat je op tafel hebt liggen: - Pen;
-Rekenmachine;
- Schrift;
- Boek
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Telefoon?
Voor aanvang van de les in de kluis of op eigen risico in de bak.
Zorg dat je op tafel hebt liggen: - Pen;
-Rekenmachine;
- Schrift;
- Boek
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Wat kun je deze deeltaak verwachten?
Doelen van deze les
Uitleg paragraaf 5.1
10 minuten in stilte aan het werk
Bespreken vraag van de week
Aan het werk (keuze)
Afronding van deze les
Slide 2 - Tekstslide
Wat kun je deze deeltaak verwachten?
Deze deeltaak is een toets over H1 t/m H8. Dit is de laatste toets van economie over de gehele examenstof. Deze toets is een goede graadmeter voor je examenresultaat.
Wil je nu al oefenen? Gebruik eindexamensite!
Slide 3 - Tekstslide
Doelen van deze les
Je weet wat wie er actief is in de collectieve sector en particuliere sector.
Je weet hoe de economie in ons land en in andere landen is georganiseerd.
Welke invloed de overheid heeft op de economie.
Je weet welke instanties de Nederlandse overheid advies geeft.
Slide 4 - Tekstslide
collectieve sector & particuliere sector
Collectieve sector Iedereen die voor de overheid werkt. Levert goederen en diensten waar iedereen gebruik van kan maken.
Particuliere sector Bedrijven die goederen en diensten willen verkopen om winst te maken.
Slide 5 - Tekstslide
Individuele goederen en collectieve goederen
Individuele goederen Is voor één persoon beschikbaar of kun je afrekenen aan één persoon. Bedrijven en overheden leveren dit.
Collectieve goederen Is voor iedereen beschikbaar, maar kun je niet afrekenen bij één persoon.
De overheid levert dit.
Slide 6 - Tekstslide
Marktwerking
Zichtbaar in de particuliere sector
Aanbieders concurreren met elkaar → prijs en/of kwaliteit
Lage prijs? → producenten moeten lage kosten hebben
Hoge kwaliteit? → telkens producten verbeteren + service
Slide 7 - Tekstslide
Planeconomie
GEEN marktwerking
Vaak plannen van vijf jaar
Voorbeeld: Noord-Korea (vroeger Cuba en China)
Overheid bepaalt...
Wat er geproduceert wordt
Hoeveel er geproduceert wordt
Door wie er geproduceert wordt
Tegen welke prijs er geproduceert wordt
Slide 8 - Tekstslide
Vrijemarkteconomie
Vraag en aanbod bepaalt de prijs
Overheid grijpt niet in met regels/wetten
Deze marktvorm zien we in geen enkel land volledig, maar de Verenigde Staten komt het meest in de buurt.
Slide 9 - Tekstslide
Sociale markteconomie
Een mix van voorgaande economieën. De overheid bemoeid zich wel met sociale taken.
Taken van de overheid
zorgen voor veiligheid (politie en leger)
gezondheidszorg (ziekenhuizen)
sociale zekerheid (uitkeringen)
zorgen voor volkshuisvesting (wonen)
zorgen voor onderwijs
Slide 10 - Tekstslide
Adviseurs van de overheid
De overheid kan bij het maken van keuzes op economisch gebied informatie en/of advies krijgen van:
CBS
CPB
SER
CBS = Centraal Bureau voor de Statistiek:
Verzamelt informatie over oa economische veranderingen.
CPB = Centraal Planbureau:
Onderzoekt wat de gevolgen kunnen zijn van economische beslissingen.
SER = Sociaal Economische Raad
Adviseert over sociaal-economische onderwerpen.
Bestaat uit werkgevers, werknemers en onafhankelijke deskundigen.
Slide 11 - Tekstslide
Aan het werk
De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Begin met opgave 10 van paragraaf 5.1, deze gaan we zo bespreken. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen.
Verder maken H5.1: 2 t/m 10
timer
10:00
Slide 12 - Tekstslide
Par. 5.1
Slide 13 - Tekstslide
Keuzewerk
Je kunt aan de slag met de volgende keuzes:
Huiswerk maken H5.1: 2 t/m 10.
Werken op eindexamensite (hiermee afronden mogelijk)
Maken eigen samenvatting + rekenopdrachten
Eigen keuze: in overleg met Tobias
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Afronding van deze les
Je weet wat wie er actief is in de collectieve sector en particuliere sector.
Je weet hoe de economie in ons land en in andere landen is georganiseerd.
Welke invloed de overheid heeft op de economie.
Je weet welke instanties de Nederlandse overheid advies geeft.