Wat is MA? Les 2 Met wie ben je verbonden? 2021

Wat gaan we doen? 
Nieuwsoverzicht kijken (vanaf 9.09)
Werk H1 afmaken 

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens en Maatschappij Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen? 
Nieuwsoverzicht kijken (vanaf 9.09)
Werk H1 afmaken 

Slide 1 - Tekstslide

Wat is maatschappijleer?

2. Met wie ben je verbonden? 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Wie hoort er NIET bij je sociale omgeving?
A
Je teamgenoten
B
Je collega's op werk
C
Je klasgenoten
D
De slager om de hoek

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een goed voorbeeld van een gedragsregel?
A
Handen wassen na het plassen
B
Niet door rood lopen
C
Niet stelen
D
Geen geluidsoverlast veroorzaken.

Slide 5 - Quizvraag

Je rijbewijs halen voordat je gaat autorijden is....
A
een gedragsregel
B
een fatsoensregel
C
een wetsregel
D
niet nodig

Slide 6 - Quizvraag

Een ander woord voor een fatsoensregel is een:
A
omgangsregels
B
geschreven regel
C
ongeschreven regel
D
beleefdheidsregel

Slide 7 - Quizvraag

Je rijbewijs halen voordat je gaat autorijden is....
A
een gedragsregel
B
een fatsoensregel
C
een wetsregel
D
niet nodig

Slide 8 - Quizvraag

Telefoon weg, 
agenda en schrift erbij pakken.

2. Hoe maken we keuzes?

Slide 9 - Tekstslide

Agenda/Plannen
Schrijf op bij volgende week: 

-Paragraaf 1.2 Met wie ben je verbonden?
-Maak opdracht 1, 2, 4 t/m 9 van blz.6 t/m 7 uit je werkboek.
-Aantekeningen van de uitleg uitwerken.
-Nieuwsapp downloaden! 

Slide 10 - Tekstslide

Bindingen 
Omdat we in de samenleving (en in de wereld) afhankelijk van elkaar zijn hebben we bindingen met elkaar. In deze paragraaf behandelen we vier soorten bindingen:
  • Economische bindingen
  • Kennisbindingen
  • Gevoelsbindingen
  • Politieke bindingen

Slide 11 - Tekstslide

Economische bindingen
Voor vrijwel alle producten die je nodig hebt om in je onderhoud te voorzien heb je economische bindingen. Bijvoorbeeld met je ouders (zakgeld), je baas, de supermarkt, kledingwinkels, etc. Ook internationaal heb je deze bindingen.  
Voordeel: Er zijn steeds meer producten te koop en producten worden steeds goedkoper.
Nadeel: Sommige banen verdwijnen omdat arbeid in het buitenland goedkoper is. Ook worden arbeiders in het buitenland soms uitgebuit.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Kennisbindingen
De kennisbindingen hebben te maken met de mensen die je iets (willen) leren.

Bijvoorbeeld:
- Je ouders met opvoeden.
- Studie en opleidingen voor je baan
- Mensen die nuttige informatie met je delen.
- Iemand die je helpt met je huiswerk.
-Boeken 

Slide 14 - Tekstslide

Gevoelsbindingen
  • Met onze geliefden, vrienden en familieleden zijn we emotioneel verbonden
  • Vriendschap, steun en liefde hebben we nodig om ons gelukkig te voelen. 
 
 
 

Slide 15 - Tekstslide

Politieke bindingen
Politieke bindingen gaan over de afhankelijkheid van de overheid. Denk aan:
  • Onderwijs
  • Gezondheidszorg
  • Veiligheid
  • Sociale zekerheid (bijvoorbeeld uitkeringen)
Wij kiezen politici die hier besluiten over nemen.

Noem een voorbeeld waaruit blijkt dat jij politieke bindingen hebt.

Slide 16 - Tekstslide

Dus... 4 types bindingen
Verschillende type bindingen:
  1. Economische bindingen
  2. Affectieve bindingen
  3. Cognitieve bindingen
  4. Politieke bindingen
We kijken een videofragment. Welke verschillende types bindingen herken je? 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Sociale cohesie
Sociale cohesie => Het gevoel dat mensen hebben ales ze bij elkaar horen. Het wij-gevoel.

Sociale cohesie kan er bijvoorbeeld zijn:
  • in een buurt.
  • op een school.
  • in een land.

Slide 19 - Tekstslide

Wij en zij
Wij groep - Wanneer een groep zich sterk met elkaar verbonden voelt.
Zij groep -Groep die als ‘tegenstanders’ van de ‘wij-groep’ wordt gezien.

Voorbeelden: 
  • Voetbalsupporters van verschillende clubs.
  • Werknemers van concurrerende bedrijven.
  • Leerlingen van verschillende scholen.

Polarisatie = Mensen en bevolkingsgroepen staan scherp tegenover elkaar doordat de tegenstellingen de nadruk krijgen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Aan de slag! 
-Paragraaf 1.2 Met wie ben je verbonden?
-Maak opdracht 1, 2, 4 t/m 9 van blz.6 t/m 7 uit je werkboek.
-Aantekeningen van de uitleg uitwerken.
-Nieuws kijken
-Oefenen met de oefentoetsapp 

Slide 23 - Tekstslide