Overheid 6.2 Bestuur

OVERHEID
Een samenleving kan niet functioneren 
zonder regels en controle daarvan
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

OVERHEID
Een samenleving kan niet functioneren 
zonder regels en controle daarvan

Slide 1 - Tekstslide

WIE IS DE OVERHEID?

Slide 2 - Woordweb

We kennen dus nu 3 overheden:
  • het Rijk
  • de provincies
  • de gemeenten

Slide 3 - Tekstslide

...en wie doet wat?

Slide 4 - Tekstslide

Hondenbelasting innen
A
Gemeente
B
Rijk
C
Provincie

Slide 5 - Quizvraag

nieuw fietspad naar middelbare school
A
gemeente
B
Rijk
C
provincie

Slide 6 - Quizvraag

Rijksoverheid
Zetelen in den Haag. Zij maken de wetten en regelen zaken die voor het hele land gelden.
De regering bestaat uit de koning + de ministers. De minister-president is de voorzitter van de ministerraad=Rutte.
De ministers worden gecontroleerd door de Eerste en Tweede Kamer. Wie daar in zit wordt elke 4 jaar gekozen door 18-jarige en oudere inwoners.

Slide 7 - Tekstslide

Provincie
De 12 Nederlandse provincies worden bestuurd door Provinciale Staten. de Commissaris van de Koning is hun voorzitter. Van Limburg is dat dhr. Bovens. de Provinciale Staten worden ook gekozen. Zij zorgen bijvoorbeeld voor recreatieterreinen in de provincie of een provinciale weg.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Kaart

Provinciale weg
Welke van de wegen op de volgende kaart zou een provinciale weg kunnen zijn en dus door de provincie Limburg moeten worden onderhouden?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Gemeenten
Er zijn 390 gemeenten in Nederland, dat kunnen steden en dorpen, of combinaties zijn. Een gemeente wordt bestuurd door burgemeester en wethouders. Zij regelen bijvoorbeeld cultuur en sport in de gemeente. Zij worden gecontroleerd door de Gemeenteraad. De bevolking van de gemeente kiest de gemeenteraad. 

Slide 12 - Tekstslide

Bedrijven
Bedrijven kun je indelen in 
overheidsbedrijven (collectieve sector genoemd)
en particuliere bedrijven (particuliere sector genoemd)
Bedrijven van de overheid hoeven geen winst te maken, particuliere bedrijven doen dat wel

Slide 13 - Tekstslide

Stimuleren en afremmen
de overheid kan bedrijven of instellingen stimuleren. door extra geld te geven.
de overheid kan schadelijke producten afremmen door ze extra duur te maken

Slide 14 - Tekstslide

Hoe noemt men dat extra geld geven door de overheid om te stimuleren met één woord

Slide 15 - Open vraag

Hoe noemt men dat afremmen van schadelijke producten door de overheid met één woord?

Slide 16 - Open vraag

Belastingen
Kun je onderverdelen in:
  • directe belastingen (belasting op inkomen of bezit)
  • indirecte belastingen (belasting die je betaalt als je een product koopt)

Slide 17 - Tekstslide

je koopt een tv bij de MediaMarkt. Die kost €500. Daarvan is 21% BTW. Welke soort belasting is dit?
A
geen belasting
B
indirecte belasting
C
directe belasting
D
accijns

Slide 18 - Quizvraag

winkelier moet btw aan de overheid betalen
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

 Aan de slag
  1. Maak nu 'Aan de slag' 6.2
  2. 100% af? leg je fiche op tafel
  3. controleer je antwoorden
  4. maak de toets
  5. 100% af? leg je fiche op tafel

timer
25:00

Slide 20 - Tekstslide