H10.5 Giftige stoffen

H10.5 Giftige Stoffen
NOVA HAVO5
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H10.5 Giftige Stoffen
NOVA HAVO5

Slide 1 - Tekstslide

Aan het eind van deze les...
  • kun je het verschil tussen chronische en acute toxiciteit uitleggen
  • kun je uitleggen wat de ADI-waarde, TGG-8 en LD-50 zeggen over de giftigheid van een stof
  • kun je rekenen met  de ADI-waarde, TGG-waarde en LD-50

Slide 2 - Tekstslide

Giftige stoffen 
“Poison is in everything, and no thing is without poison. The dosage makes it either a poison or a remedy.”

Uitspraak Paracelsus, Zweedse arts (1493-1541)
De giftigheid van een stof wordt  bepaald door de hoeveelheid die je van de stof binnenkrijgt

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Voorbeeld: atropine
  • Wordt verkregen uit de dodelijkste bessen van de wolfskers (Atropa belladonna)



  • ± 10 bessen zijn dodelijk voor een mens
  • Werd gebruik om pupillen te verwijden, wat vroeger als
     schoonheid (belladonna) werd gezien
  • In moderne geneeskunde o.a. gebruikt bij
     hartritmestoornissen

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld: botulinetoxine
  • Meest potente gif dat bekend is.
  • Neurotoxisch: eiwit legt zenuwcellen tijdelijk stil.
  • bij 0,2 nanogram per kg lichaamsgewicht gaat 50% dood
  • Wordt in zeer lage doseringen toch
     gebruikt als cosmetisch hulpmiddel.

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg
In het volgende filmpje wordt uitgelegd op welke manieren je de giftigheid van stoffen kunt aangeven.
Ook wordt uitgelegd wat het verschil is tussen acute en chronische toxiciteit

Noteer de examenopgaven die worden aangeraden in je schrift. Deze zijn een goede voorbereiding op SE3

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

LD-50 

  • LD-50 is maat voor acute giftigheid (Lethal Dose)
  • Dit is de dosis waarbij de helft van de proefdieren overlijdt, uitgedrukt in mg per kg lichaamsgewicht.

  • Binas Tabel 95 voetnoot 2

Slide 9 - Tekstslide

Lees Binas Tabel 95 > voetnoot 2. Leg uit waarom de LD-50 waarde niets zegt over de chronische toxiciteit.

Slide 10 - Open vraag

Bij een relatief giftige stof, is de LD-50 dan (relatief) hoog of juist laag?
A
Hoog
B
Laag

Slide 11 - Quizvraag

ADI-waarde
  • Aanvaardbare Dagelijkse Inname (Acceptable Daily Intake)
  • Binas Tabel 95
  • Aantal mg per dag per kg lichaamsgewicht dat een persoon binnen mag krijgen zonder gezondheidseffecten.
  • Voor medicijnen en additieven in voedingsmiddelen.


Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent ADI-waarde van een stof?
A
Wanneer die stof schadelijk voor je is
B
Hoeveel gram je van die stof per dag mag innemen
C
Wat de Algemene Dagelijkse Inname van een stof is
D
Hoeveel mg je van die stof per kg lichaamsgewicht mag innemen per dag

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de ADI-waarde van mentol?

Slide 14 - Open vraag

Hoeveel mg tin mag een man van 85 kg binnenkrijgen?

Hint: Gebruik BINAS Tabel 95
A
17
B
85
C
170
D
850

Slide 15 - Quizvraag

Een vrouw weegt 60 kg en krijgt 300 mg nitraat binnen. Is de ADI-waarde overschreden?

Hint: Gebruik BINAS Tabel 95
A
nee
B
ja

Slide 16 - Quizvraag

uitleg
  • 60 kg = lichaamsgewicht
  • 300 mg nitraat
  • dus 300 / 60 = 5 mg nitraat per kg lichaamsgewicht
  • ADI = 3,7 mg / kg
  • dus ADI is overschreden

Slide 17 - Tekstslide

Een persoon weegt 75 kg. Hij krijgt een stof binnen waarvan je 0,3 gram per kg lichaamsgewicht mag binnenkrijgen.
Hoeveel mag de persoon binnenkrijgen?
A
0,3 gram
B
25 gram
C
22,5 gram
D
75 gram

Slide 18 - Quizvraag

uitleg
  • 75 kg = lichaamsgewicht
  • max 0,3 mg / kg lichaamsgewicht
  • dus max 75 x 0,3 = 22,5 mg per kg lichaamsgewicht
  • ADI = 3,7 mg / kg

Slide 19 - Tekstslide

Voor elke wijze van innemen is er een veilige grens vastgesteld. Hoe heet de drempelwaarde voor inademen?
A
LD-50
B
TGG (grenswaarde)
C
MAC-waarde
D
ADI

Slide 20 - Quizvraag

TGG-waarde
  • Tijd Gewogen Gemiddelde
  • Binas Tabel 97A

  • Maximale concentratie van een stof waar een volwassen persoon gedurende 8 uur (soms 15 min) per dag, gedurende een heel arbeidsleven, aan mag worden blootgesteld zonder gezondheidsproblemen.
  • Uitgedrukt in ppm of mg per m3



Slide 21 - Tekstslide

De TGG-8 waarde zegt iets over
A
Hoeveel er van een stof in een ruimte aanwezig mag zijn
B
TGG = MAC, dus de kans dat een stof in een bekende fastfoodketen aanwezig zal zijn
C
De hoeveelheid waarbij de helft van de proefdieren dood gaat
D
Hoeveel er van een stof in een ruimte aanwezig mag zijn bij een blootstelling van 8 uur per dag

Slide 22 - Quizvraag

Is de TGG-15 min hoger of lager dan de TGG-8 uur voor een stof
A
hoger, want je wordt langere tijd aan de stof blootgesteld
B
lager, want je wordt langere tijd aan de stof blootgesteld
C
hoger, want je wordt kortere tijd aan de stof blootgesteld
D
lager, want je wordt kortere tijd aan de stof blootgesteld

Slide 23 - Quizvraag

uitleg
  • Een stof is in een bepaalde hoeveelheid giftig. 
  • Deze hoeveelheid mag niet overschreden worden in een totaal van 15 min of 8 uur.
  • Als je de hoeveelheid stof moet verdelen over 8 uur zal de concentratie dus LAGER moeten zijn dan dat de concentratie in 15 min mag zijn.
  • De TGG-15 min zal dus HOGER zijn dan de TGG-8 uur.

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag

  • Maken + nakijken opgaven 31, 32, 34, 35

Extra oefening voor de voorbereiding SE3:
  • Oefenen rekenen met TGG in havo 4 boek
     (Hoofdstuk 2, opgaven 28, 29, 31DE) 
  • Examen HAVO 2017-I opgave Contrastmiddel voor MRI-scans
  • Examenopgaven uit het filmpje

Slide 25 - Tekstslide