Hoofdstuk 3.3 inlijsten

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Bereken de oppervlakte

Wat kun je met het figuur eromheen?

Welkom

Paragraaf 3.3

Inlijsten

Lesdoelen

Aan het eind van deze les...

- kun je de oppervlakte van een figuur berekenen door 'inlijsten'.

Terugblik.

Hoe bereken je de oppervlakte van het driehoek?

1. zijde x hoogte
2. zijde x hoogte : 2
3. zijde + hoogte
4. lengte x breedte

Bereken de oppervlakte van het driehoek?

1. 7 x 4 x 2 = 48 cm²
2. 7 x 4 : 2 = 14 cm²

Inlijsten: 

oppervlakte= oppervlakte rechthoek - oppervlakte 'reststukjes'

Wat is de oppervlakte van de rechthoek.

1. 5x4 = 20 cm²
2. 5x6 = 30 cm²

Welke oppervlakte heeft nummer 1?

1. 4 x 2 : 2 = 4 cm²
2. 3 x 2 : 2 = 3 cm²
3. 4 x 2 = 8 cm²
4. 5 x 2 = 10 cm²

Welke oppervlakte heeft nummer 2?

1. 2 x 4 : 2 = 4 cm²
2. 2 x 5 : 2 = 5 cm²
3. 2 x 5 = 10 cm²
4. 2 x 4 = 8 cm²

Welke oppervlakte heeft nummer 3?

1. 2 x 4 : 2 = 4 cm²
2. 1 x 4 : 2 = 2 cm²

Wat is de oppervlakte van de driehoek?
Schrijf je berekening op.

Bereken de oppervlakte van ABC in cm² met gebruik inlijsten. Schrijf de berekeningen op

Hieronder staat de uitwerking van de vorige vraag. Kijk na!

opp rechthoek = 4 x 2 = 8

opp 1. = 0,5 x 1 x 3 = 1,5

opp 2. = 0,5 x 1 x 2 = 1

opp 3. = 0,5 x 1 x 4 = 2

dus opp ABC = 8 -1,5- 1- 2 = 3,5 cm²

Ik had de vraag goed.

1. Ja
2. Nee

Einde les.

Bedankt en tot de volgende keer!