Oefenen thema ecologie en duurzaamheid

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Oefenen T6:  Ecologie en duurzaamheid

B1 t/m 4 en B7

Welk van onderstaande factoren zijn abiotisch?

1. Ziekteverwekkers
2. Een storm
3. Een warme temperatuur
4. Het kappen van bossen door mensen

Voedselweb of voedselketen?

1. Voedselweb
2. Voedselketen

Onder welk niveau valt een school (groep) vissen?

1. Ecosysteem
2. Levensgemeenschap
3. Populatie
4. Individu

Maak een voedselketen van de volgende organismen

1e schakel

5e schakel

Lijsterbes (Boom)

Kikker

Vlinder

Havik

Slang

Welk dier eet de meeste andere organismen?

1. Vos
2. Muis
3. Uil
4. Slang

Wat is biodiversiteit?

1. Het aantal oorspronkelijke plantensoorten
2. Het aantal oorspronkelijke diersoorten
3. De variatie aan soorten in de natuur
4. Het verdwijnen van soorten in de natuur

Wat is een voedselweb?

1. Één voedselketen
2. Meerdere voedselketens
3. Een kringloop van voedsel

Deze samenleving is een...

1. Symbiose
2. Parasitisme

Deze samenleving is een ...

1. Symbiose
2. Parasitisme

Wat is het belang van biodiversiteit?

1. Het zorgt ervoor dat er meer dieren kunnen leven in een gebied.
2. Het zorgt voor meer toeristen in een gebied.
3. Het zorgt voor een gezond en stabiel ecosysteem.
4. Het zorgt voor een mooie omgeving om in te wandelen.

Waar is de biodiversiteit het grootst

1. in een maisveld
2. in een betegelde achtertuin
3. in een bos
4. in een supermarkt

In het voedselweb is aangegeven wie door wie opgegeten wordt.

Wie staat er aan het eind van dit voedselweb?

1. algen
2. kikker
3. vis
4. reiger

Een voedselweb gaat
over een ........

1. Individu
2. Populatie
3. Levensgemeenschap
4. Ecosysteem

Welk dier is een parasiet?

1. wesp
2. processierups
3. teek
4. hond

Een parasiet is een reducent

1. Waar
2. Niet waar

Bij veel dieren die in groepen leven is er sprake van een rangorde. Wat is een rangorde?

1. De volgorde van dieren van oud naar jong
2. De volgorde waarin dieren mogen eten
3. Het oudste dier is de baas
4. Ieder dier kent zijn plaats

Bij welke manier van natuurbeheer past: 'afschieten van zieke en zwakke herten om lijden te voorkomen.'

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Welk soort beheer?
zaaien van bloemen langs akkers, zodat daar insecten kunnen leven

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Welk soort beheer?
oevers minder steil maken zodat water- en oeverplanten beter kunnen groeien

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Wat is herintroductie van soorten

1. Nieuwe soorten in de omgeving vrijlaten.
2. Dieren laten aanpassen aan een verandert milieu
3. Uitgestorven soorten weer terug brengen van andere gebieden
4. Natuur gebieden maken.

In natuurgebied de Weerribben in Noord-Nederland worden otters uitgezet. Dit is een voorbeeld van herintroductie.

1. Juist
2. Onjuist

Als wolven de grens tussen Duitsland en Nederland oversteken, is dat een voorbeeld van herintroductie.

1. ja
2. nee

Kringloop van koolstof.
Welke organismen zorgen in de koolstofkringloop voor het maken van glucose?

1. De producten
2. De consumenten (planteneters, vleeseters, alleseters)
3. De reducenten (bacteriën en sch

In de koolstof-kringloop komt koolstof in verschillende vormen voor. In welke vorm wordt het door planten opgenomen?

1. O2
2. CO2
3. Glucose
4. H2O

In de afbeelding is de kringloop van koolstof schematisch weergegeven.

Bij welk nummer horen planten te staan in het schema?

1. Bij nummer 1
2. Bij nummer 2
3. Bij nummer 3