404 - 4V

Natuurkunde
Wat heb je nodig vandaag?



Boek en schrift
Rekenmachine
Pen


1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Natuurkunde
Wat heb je nodig vandaag?



Boek en schrift
Rekenmachine
Pen


Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Nakijken huiswerk: 16, 17, 19

  • Afmaken 4.2: elektrische trillingen

  • Afsluitend werkblad maken

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Geluid en elektrische trillingen
Trillende lucht
Trillende lucht
Elektrische trilling
Elektrische trilling

Slide 7 - Tekstslide

Oscillogram
Grafiek van een elektrische trilling.

Schaal van de y-as wordt gegeven. 
Bijvoorbeeld 0,25V/div (= 1 hokje is 0,25 V)

Schaal van de x-as kan worden afgeleid als de frequentie bekend is.
trilling van 400 Hz
Er geldt: hoe groter de amplitude, hoe luider de toon.
           en: hoe hoger de toon, hoe hoger de frequentie.

Slide 8 - Tekstslide

Cardiogram (ecg)
Diagram van de elektrische
spanning op bijvoorbeeld 
je hart.

Schaal staat gegeven boven 
de grafiek.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Maak het werkblad.
timer
30:00

Slide 11 - Tekstslide

Bepaal of bereken de eigenschappen van 
de trilling hiernaast

A = ___________________________
T = ___________________________
f = ___________________________
De vorm van dit (u,t)-diagram heet een _________________.

Trillingen die een (u,t)-diagram geven met deze vorm heten _____________________________.

De fase van deze trilling op t = 10 s is _______________
De gereduceerde fase van deze trilling op t = 10 s is ______________

Slide 12 - Tekstslide

Bepaal of bereken de eigenschappen 
van de trilling hiernaast

A = ___________________________
T = ___________________________
f = ___________________________
De snelheid van deze trilling is maximaal in punt A / B / C en minimaal in punt
                                                                                                                                                 A / B / C.
Bereken de snelheid van deze trilling op t = 1,0 s.
t(s)

Slide 13 - Tekstslide


  • Bepaal de trillingstijd
  • Bepaal de frequentie
  • Bepaal hoeveel hartslagen per minuut deze persoon heeft.

Slide 14 - Tekstslide

Dit is een oscillogram van 
een elektrische trilling van 250 Hz.

Gegeven: 2V/div

  • Bepaal de amplitude van de trilling.
  • Bepaal hoeveel seconde één vakje op de x-as is.
  • Schets in het oscillogram een lagere toon met een lager volume.

Slide 15 - Tekstslide

  • Zet de trillingen op volgorde van
    kleinste naar grootste amplitude:
  • Zet de trillingen op volgorde van
    kleinste naar grootste trillingstijd:
  • Zet de trillingen op volgorde van
    kleinste naar grootste frequentie:
  • Zet de trillingen op volgorde van
    kleinste naar grootste snelheid waarmee ze door de evenwichtsstand gaan.

Slide 16 - Tekstslide